dinsdag 23 december 2014

Taart


Maandagochtend; het was tien uur toen we bij Richard en Céline voor de deur stonden. Ze hadden zo vroeg nog niet op ons gerekend, kwamen duidelijk net uit bed en waren nog bezig te bekomen van de dag van de doop.
Willen jullie koffie? 
Ja, dat wilden we wel. 
En toen de koffie was ingeschonken: willen jullie een koekje? 
Toen we ook daarop bevestigend hadden geantwoord haalde Richard de volle schaal met overgebleven cupcakes te voorschijn. Toen we er een hadden uitgezocht en die zaten op te eten, verzuchtte hij. 
Ik heb ook nog van de taart over. 
We bevestigden dat we de vorige dag hadden gezien dat nog bijna de helft van de taart over was gebleven.Het was nochtans een prachtige taart. Een taart die te voorschijn kwam aan het eind van wat werd geduid als een typisch Frans feest. Het feest was aangericht in aansluiting op de doop van Rose, onze achterkleindochter. We voelden ons trots dat we waren uitgenodigd voor deze gelegenheid, want het feest werd gevierd in beperkte kring. We moesten had Richard aangegeven om tien voor twaalf bij de kerk in Bollezeele zijn. Het was een beetje een gezoek geweest een geschikte datum en plaats te vinden om de doop te houden, want de pastoor hier moet een groot gebied bedienen en komt maar eens in de zoveel weken in de buurt van Volckerinckhove. 
Toen we om kwart voor twaalf het grote plein rond de kerk opreden, was er nog maar weinig parkeerruimte over. Maar we hadden geluk en konden de auto vlak bij de kerkdeur kwijt. Het wachten was op de afloop van de mis voor we de kerk in mochten. 
Het was koud op het plein. Dat vonden niet alleen wij, maar ook de families van de twee andere dopelingen. Bovendien was het onze trouwdag. En eigenlijk als ik er over nadacht was het weer nu niet veel anders dan toen. Grijs en regenachtig en slechts enkele graden boven nul. Van dat weer waardoor je na verloop van tijd helemaal verkleumd raakt. Onder die omstandigheden is een kwartier lang. Het was buiten koud, maar in het voorportaal van de kerk was het niet alleen koud maar ook nog ongezellig en donker. 
We mochten uiteindelijk naar binnen terwijl de communie nog gaande was en de kerkgangers toch al door de kerk liepen. De dopelingen met hun ouders en peetouders mochten mee naar voor in de kerk; de andere belangstellenden moesten maar zien hoe ze zich redden. De mis was afgelopen en de gelovigen verlieten de kerk. Ik liep door een van de zijpaden naar voren en zocht een geschikte plaats voor mijn foto's. 
Een groep kinderen verwelkomde de dopelingen met gezang en wapperende doeken (die na gebruik weer zorgvuldig werden ingenomen). Het werd een uitgebreide ceremonie, waarin de ouders en peetouders vertelden over wat ze de dopelingen toewensten en over hun eigen geloofsopvattingen. (dit deel liet Richard over aan Céline). 
Twee jongens goten een karaf water in een koperen schaal, waarover de pastoor de wijding uitsprak. De kinderen werden boven het water gehouden en kregen een hand met water over hun hoofd. Ze vonden het geen van drieën leuk. Tenslotte werden de namen ingeschreven in het register, dat in tweevoud werd ondertekend door de ouders en de peetouders. De toeschouwers klapten. 
Het was in de kerk ook niet erg warm, zodat om half twee iedereen blij leek naar de verwarmde ruimte te kunnen waar de rest van de feestelijkheden zich afspeelden. Het werd een middag eten. wraps met ham, of zalm, schalen met twee soorten salades, schalen met rolletjes ham en chorizo. Toen dan ook om een uur of zes de taart werd opgediend, waren de meesten verzadigd. En Olivier die de taart sneed moest steeds kleinere stukjes snijden om iedereen tevreden te stellen. 
Ondertussen dacht Roswe waarschijnlijk allang niet meer aan de onaangename momenten boven het doopvont. Ze speelde in alle rust en nauwelijks opgemerkt in haar eigen speelgoed hoek.Toen ik daar nog wat foto's van haar nam mocht ik met haar in haar boekjes lezen.  

zaterdag 20 december 2014

De Europese cultuur

Onze Europese cultuur staat onder druk. Dat is niet van vandaag op gisteren. Eigenlijk al sinds de jaren zestig - van de vorige eeuw moet ik er eigenlijk bij zeggen, maar dat gaat nog steeds niet vanzelf. Al vanaf de jaren zestig dus, toen het gezag ter discussie werd gesteld en de sexualiteit ter discussie kwam, tegelijk met de homfilie en de geboorteregeling met behulp van de pil; en vervolgens de drugs en de immigratie. Onze vanzelfsprekende welvaartsgroei kwam in het gedrang, tegelijk met onze zorgen om het milieu. Met al die veranderingen is het logisch dat er nu ook aan onze tradities wordt getornd. Immers met de veranderingen in de cultuur veranderen ook onze opvattingen. Neem nu Sinterklaas: was Zwarte Piet nu het symbool van de slavernij, of juist van de bevrijdiing van de zwarte slaven? Of misschien niet meer dan de jin yang tegenstelling tussen goed en kwaad?
De pietendiscussie leek trouwens een beetje in te zakken in de laatste week voor Sinterklaas. Het Sinterklaas journaal loste de zaak aardig op, denk ik.
Maar de discussie is niet alleen in Nederland actueel. In Frankrijk werden we opgeschrikt door de vraag of in een land waar staat en godsdienst gescheiden zijn een kerststal in het gemeentehuis - een publieke ruimte - wel acceptabel was. De rechter moest er aan te pas komen om een jarenlang gebruik goe te keuren. Ook Sinterklaas kreeg het hier in Noord Frankrijk te verduren! Kun je zo‘n symbool van katholieke kerk wel toelaten in de openbare school. Een netelige kwestie!
Er zullen nog wel meer netelige problemen ontdekt worden, want dat zou wel eens kunnen samenhangen met multiculti.

donderdag 11 december 2014

Oud en jong

Terwijl de dames bezig waren met het optuigen van de kerstboom in de hal kwam BvW. langs. Hij ging aan het werk. BvW werkt voor Seniorweb. Een websdite gericht op de oudere computergebruiker. Seniorweb licht voor, helpt, beantwoordt vragen. Gericht op ouderen d.w.z. op gebruikers boven de 50, d.w.z. ten behoeve van de ouderen van wie destijds een groot deel digibeet werd geacht. De ouderen van nu zijn dat allerminst.
Bij de ouderen van nu hoort mijn dochter ook en al haar leeftijdsgenoten natuurlijk. Vanuit mijn standpunt zijn dat jongeren. En zo wordt het naar mijn inschatting ook beleefd door de generatie van mijn dochter. Zo werden we uitgenodigd voor de 50e verjaardag van een nichtje, dat de feestelijkheden rond die mijlpaal had gesplitst in een etentje voor de ouderen en oudjes en een bijeenkomst in het weekend voor de jongeren en jeugdigen. Oud worden zit niet in je eigen gevoel daarover, maar in de manier waarop er naar je gekeken wordt door een jongere generatie.

Deze gedachten kwamen weer naar boven bij het lezen van een artikel in ons dagblad over de nieuwe programmering van de publieke omroep. Die programmering heet het is teveel afgestemd op ouderen daar moet in gesneden worden. Een loffelijk streven. Blijkbaar heeft de EO het beste door hoe het moet. Dat blijkt wel uit een typisch EO programma als Jojanneke in de prostitutie. Om de vernieuwing meer gestalte te geven zullen er meer series van zes tot acht afleveringen te zien zijn. Het effect daarvan blijkt wel uit de zenders van RTL die naar mijn gevoel iedere drie maanden het programma van de vorige drie maanden herhalen. De TV is dan ook het middel bij uitstek om bij in slaap te vallen.  
Ook de Publieke omroep legt de typering van ouderen bij de leeftijd van 50 jaar. En hoewel deze groep een belangrijke doelgroep blijft voor de programmering (sic!) moet het accent verlegd worden naar de jongeren. Een tyisch ouderen programma als Lingo (waar ik in de keren dat ik daar bij het zappen langs kwam praktisch nooit ouderen zag) is dus verdwenen. Ik kan begrip opbrengen voor deze vernieuwing. Uiteindelijk: hoewel de groep ouderen (boven de 50) inmiddels net zo groot is als de groep waarvoor de omroep werkt (20-49), zien we de grijze golf een steeds groter deel van het jaar de programmering van de Nederlandse tv ontvluchten op en op weg naar hun vakantiebestemmingen.
De wereld van nu ligt in  handen van mijn kleinkinderen de mensen tussen twintig en vijfendertig. Zij weten waar de programmering aan moet voldoen.
             

vrijdag 5 december 2014

Proefschrift

De oud-hoogleraar zat tevreden de kring rond te kijken. Hij vertelde wie in de kring bij hem allemaal gepromoveerd waren. Hij had trouwens promoties bijgewoond in verschillende landen en vertelde over de verschillen tussen landen. Ik luisterde maar half, zoals ook het onderwerp me maar half boeide. Door toevallige omstandigheden was ik naast de oud-hoogleraar terecht gekomen. Aan mijn andere zijde zat de inleider voor de avond; hij was ook een van de promovendi geweest. Het was duidelijk een elite gezelschap.
Ergens werd mijn aandacht getrokken door een opmerking van de oud-hoogleraar. Iemand uit zijn kennissenkring wilde een tweede proefschrift schrijven. Een curieuze gedachte. In mijn beleving is een proefschrift een soort bewijs dat je zelfstandig onderzoek kunt doen. Wat bewijst een tweede proefschrift. Is een tweede proefschrift niet gewoon een studie?
Mijn geleerde buurman ging verder: wat een ander kan kon hij ook. Hij dacht erover ook een tweede proefschrift te schrijven. Hij had al een onderwerp ook. De meetbaarheid van proefschriften. Naar analogie van de activiteiten uit het verleden - het was uiteindelijk een gezelschap van organisatiedeskundigen - toen Taylor alle werkzaamheden begon te meten zou je ook proefschriften moeten kunnen meten. Hij was echter alleen nog op zoek naar criteria. Die zouden wel betrekking moeten hebben op de inhoud, want de omvang, dat was duidelijk, gaf weinig indicatie. Wat meet je immers als je een wiskundig proefschrift van tien bladzijden formules vergelijkt met een een sociologisch dito van driehonderd bladzijden?
Mijn aandacht verdween weer geleidelijk; gelukkig was het tijd voor de maaltijd en daarna voor de lezing. Toevalligerwijs kwam ik ook nu naast de oud-hoogleraar terecht. Hij zat geïnteresseerd naar zijn vroegere promovendus te luisteren, of toch niet? Zo nu en dan hoorde ik karakteristieke geluiden naast me; een blik opzij bevestigde mijn vermoeden: de oud-hoogleraar was voor enkele ogenblikken in slaap.
 

zondag 30 november 2014

Doof

Doofheid komt in gradaties. Hoewel ik regelmatig aan mensen moet vragen om te herhalen wat ze zeiden, heb ik het gevoel dat ik ook zonder gehoorapparaat nog redelijk kan functioneren. Maar wat is redelijk?
Op zaterdagochtend gaat de telefoon. De heer F.W. beklaagt zich over het feit dat een knop van een van de radiatoren heeft losgelaten, is afgebroken of... In ieder geval krijgt hij de radiator niet meer koud, hetgeen vervelend is, zelfs al is de temperatuur dezer dagen van dien aard dat de c.v. wel aan mag.
Ik beloof dat ik straks langs zal komen om de situatie op te nemen. De heer F.W. roept dat hij eerst nog onder de douche moet (of iets wat daar op lijkt). Ik weet dat de heer F.W. door doofheid wordt geplaagd, maar weet eigenlijk niet hoe ernstig het is.
Als ik rond elf uur bij hem binnen loop blijkt zijn observatie juist te zijn. De knop van een van zijn radiatoren zit los. Ik kan hem er wel op duwen, maar dat geeft voor het vervolg geen vastigheid. Mijn diagnose: de thermostaatknop is defect en moet vervangen worden.
Het kost me moeite om die opvatting bij de heer F.W. over te brengen. Niet omdat hij de boodschap niet zou begrijpen, maar omdat hij mij niet verstaat. Zijn vrouw helpt me daarbij.
Want in tegenstelling tot de heer F.W. is mevr. W. allerminst doof. Ze is ook tamelijk realistisch en verwacht dat de vervanging van de kraan tijdens het weekend wel niet zal gebeuren. Zover is de heer F.W. nog niet.
Ik neem de aangeboden kop koffie aan en zie dat de heer F.W. met een brief aankomt van het bedrijf dat in de flat zorgt voor onderhoud en reparaties van onze centrale verwarming. Hij is tamelijk onrustig en draait het nummer dat op de brief staat. Maar als hij enige tijd luistert legt hij de telefoon neer.
'Ik kan niet verstaan wat ze zeggen.' Zijn toon is moedeloos. Ik krijg de telefoon in handen gedrukt en kan nog net het laatste deel van de boodschap horen: '...gesloten. Spreek na de piep ...'
Het is me niet geheel duidelijk, waarom F.W. probeert een telefoongesprek te voeren als hij niet kan verstaan wat aan de andere kant van de lijn wordt gezegd. En ik begrijp ook niet goed waarom mevr. W. niet zelf belt. Ik vraag welk nummer zij zelf hebben en draai het nummer opnieuw. Nadat ik een boodschap heb doorgegeven met het verzoek dat het bedrijf zo snel mogelijk zal terug bellen, zit de heer F.W. me vragend aan te kijken.
'Wat gebeurt er nu?'
Mevr. W. heeft de boodschap begrepen. 'Ze zullen na het weekend terugbellen en anders kunnen we dan zelf bellen.'
De heer F.W. lijkt maar moeilijk te overtuigen. Hij voelt nog eens aan de radiator die nog steeds heet is en kijkt nogmaals naar de brief in zijn hand. Hij moppert dat het toch wel veel warmte kost als de radiator het hele weekend aan blijft staan. Maar is mogelijk toch wel gerustgesteld dat zijn vrouw geen verdere actie van hem vraagt.
Zijn doofheid blijkt niet iets van de laatste tijd. Al tijdens zijn werkzame leven had hij daar veel last van. Het belemmert hen wel in het het uitgaan. Ze komen eigenlijk samen nergens meer. De heer F.W. heeft er immers niets aan als hij toch niets kan verstaan. Mevr. W. heeft wel haar bridgebezigheden en vervult binnenshuis kennelijk de rol van tolk/vertaler voor de heer F.W. Op de een of andere manier lijkt hij haar wel te verstaan.    

donderdag 27 november 2014

Klasgenoot

'Ze is vroeg dit jaar', zei ik, toen Anneke me de kaart overhandigde. 'Ze' was Willy, ooit een klasgenoot op de HBS. Omstreeks 2003 hadden we weer contact gekregen en sindsdien jaarlijks een reünie georganiseerd, samen met nog drie anderen: Bep, Henry en Wolfaart. Een klein groepje maar; de reünie van dit jaar was in Dokkum begin oktober. De nieuwjaarskaarten van Willy zijn altijd onmiddellijk herkenbaar, doordat ze ze voorziet van gekalligrafeerde afbeeldingen. Kalligrafie is een van haar hobbies.
'Je leest hem verkeerd,' zei Anneke.
Toen ik nog eens keek realiseerde ik me dat dit een kaart was die het overlijden van Willy aankondigde. Het was een schok, want volledig onverwacht. Maar het bracht ons op woensdag in het crematorium in Amersfoort op een druk bezochte bijeenkomst in de aula. We werden ontvangen door gezang van een van de twee koren waarin Willy zong.
Ik was hier eerder geweest: na het overlijden van de man van Willy nu alweer 9 jaar geleden. Wat me toen, en ook nu weer, opviel was de nuchtere acceptatie van het overlijden. Uit de toespraken bleek dat Willy zich rijk had gevoeld in haar leven met een lang huwelijk, gezonde kinderen en kleinkinderen.
Een vriendin constateerde dat het Willy geruime tijd had gekost om het overlijden van haar man te verwerken, maar uiteindelijk haar leven weer had kunnen oppakken. Willy had uiteindelijk gezegd: ze had haar leven op orde.      

maandag 17 november 2014

Achteraf

Regels
Hierbij nog een foto die past bij mijn stukje over regels van 12 november. De foto werd genomen op het parkeer terrein bij het winkelcentrum in Abacoa, vlakbij Betty en Freerk. De bordjes stop staan op een weg die voor het winkelcentrum langs loopt. De parkeerplaatsen moet je je voorstellen links van deze weg en daarvan gescheiden door een groenstrook. De weg zelf is voorzien van zebra's om voetgangers te laten oversteken naar hun auto, en van verkeersdrempels om de snelheid van auto's te dempen. De maximum snelheid op het terrein is 20 m/h (ong 32 km/h).

Eten
Ik heb al een paar maal aangegeven dat de porties in de restaurants voor Nederlandse begrippen groot zijn. Temeer daar wij nog horen tot een generatie die opdracht had zijn bord leeg te eten.
Veel Amerikanen zijn zich bewust dat ze niet zoveel eten nodig hebben. Ze passen een van de volgende strategieën toe:
1. Je bord niet leeg eten; dit is zeer voor de hand liggend.
2. Wat je niet meer aankunt meenemen in een aparte doos, Dit wordt zeer veel toegepast, het betekent in feite dat je twee keer eet van het eten van het restaurant.
3. Delen. Dit is natuurlijk ook een hele handig manier; je zegt -'we share this dish' - en niemand kijkt daar van op. In veel restaurants krijg je dan tegen wat meerkosten een extra bord en bestek.

Natuurlijk zijn er ook veel Amerikanen die hun bord zo goed mogelijk leeg eten. Ik denk dat je in die kringen de meeste gevallen van obesitas tegen komt.
 
 

vrijdag 14 november 2014

Vakantie

Ons verblijf hier heeft na de weelde van de cruise naar Cozumel weer een normaal vakantiekarakter gekregen. We winkelen in de Garden Mall, lunchen langs de US1, brengen een bezoekje aan de nieuwe bedrijfsruimte van Freerk, werpen een blik op het zonnige strand bij Jupiter, etc. Kortom een heel ontspannen bestaan en dat alles bij mooi meest zonnig weer en temperaturen tussen de 25 en 30 graden.

We waren, al lang voor we hier waren, uitgenodigd door Linda en Mike om een keer te komen eten en dat eten vond woensdag avond plaats. Linda en Mike wonen in een andere settlement langs de Military Trail (het is me niet duidelijk hoe lang de Military Trail is, een kilometer of acht naar het zuiden kruist hij de Okeechobee boulevard en gaat dan gewoon verder) The Isles. Hun huis heeft dezelfde plattegrond als dat van Freerk en Betty, alleen hun zwembad is rechthoekig, waar dat van Freerk en Betty min of meer niervormig is. Terwijl wij ons bezig hielden met het aperitief, braadde Mike de kip op/in een apparaat dat aangeduid werd als het ei. Het ei wordt met hout gestookt en door de houtsoort te wisselen kun je ook de smaak van het gebraden vlees beïnvloeden. Door de openingen onder en bovenin kan de temperatuur, zoals Mike uitlegde goed constant gehouden worden. Het ei kun je overigens in Nederland ook tegenkomen bijv. bij onze versmarkt om de hoek. Het diner werd verlucht met Linda's cosmo-cocktail en aangename kout.

Gistermiddag gingen we naar de film: The Judge (zaal 13 van het Cobb-Theater in de Gardens Mall). De film was goed en werd Amerikaans compleet met popcorn en cola. Het verhaal van de haat liefde verhouding tussen vader (the judge) en zoon (de advocaat), waarbij de zoon uiteindelijk zijn vader moet verdedigen als die een ongeluk veroorzaakt. De zaal was niet geheel vol - ik dacht met ons mee zo'n tien mensen te zien - maar het was overdag en er zouden nog vier voorstellingen volgen.
En daarmee komen we aan vandaag: op het programma staat in ieder geval opnieuw een bezoek aan de senioren cursus en nog wat boodschappen. Morgen moeten we ons opmaken voor de reis naar Nederland.



 

woensdag 12 november 2014

Regels

Mijn indruk is eigenlijk dat in de V.S. - ondanks de claim van vrijheid - de regeldichtheid minstens zo groot is als in Nederland, waar iedereen klaagt over de vele regels en de overheid al zolang ik me kan herinneren probeert de regeldruk te verminderen.
Regels zijn onvermijdelijk, dat is duidelijk. Een samenleving zonder regels is ondenkbaar. Maar in deze omgeving lijkt de regelgeving zo nu en dan uit de hand te lopen. We komen de regels in de eerste plaats tegen in het verkeer. Magnolia Bay Circle bijv. is een voor Nederlandse begrippen ruime weg rondom deze enclave van naar mijn schatting iets van driehonderd à vierhonderd woningen. De weg is afgesloten van de doorlopende Military Trail met een hek, zodat alleen bewoners, hun gasten en het onderhoudspersoneel deze weg berijden. Op de Magnolia Bay Circle (M.B.C.) die ongeveer een mijl lang is mag niet harder gereden worden dan 20 mijl/h (ca. 32 km/h). Naast de rijweg is een betonnen voetpad van bijna twee meter breed, van de rijweg gescheiden door een groenstrook. Een ideale omgeving om kinderen te laten spelen, hoewel ik ze dat nog niet heb zien doen.
Op de M.B.C. komt een aantal doodlopende straten uit, een soort inhammen op de cirkel, met ongeveer hetzelfde wegprofiel als de M.B.C. zelf. De bewoners en andere gebruikers van deze inhammen die de M.B.C. op willen, hetzij naar links, hetzij naar rechts moeten desondanks op de zeer overzichtelijke T-kruisingen stoppen voor een stop bord, Dat nu lijkt met onze Nederlandse ogen lichtelijk overdreven.
Hetzelfde geldt voor de ruime parkeerterreinen rond de verschillende winkelcentra, de Malls, etc. Als we vanaf onze parkeerplaats bij Barnes en Noble (boekwinkel) weer terug naar de weg willen, passeren we vier van deze stopsignalen. Hardrijden is er hier echt niet bij.

Het verdient aanbeveling de regels niet al te veel te trotseren: handhaving (law enforcement) is hier geen dode letter. Dat ondervond de visser John Yates die in de Golf van Mexico 72 ondermaatse Red Groupers bij zijn vangst bleek te hebben (hij had ze moeten teruggooien). De inspecteur was verbonden aan de 'Florida Fish and Wildlife Conservation Commission' en deze was gemachtigd door de 'National Fisheries Service'. De ondermaatse vissen werden in een aparte kist gedaan en Yates werd verboden ze aan te raken. Maar toen Yates eenmaal terug was en de autoriteiten de illegale vangst als bewijsmateriaal in beslag te nemen, bleek dat een van Yates' bemanningsleden de vissen te hebben vervangen door legale exemplaren. Het bewijsmateriaal was verdwenen. Het werd een federale rechtszaak, waarbij Yates werd beschuldigd van het overtreden van de Sarbanes-Oxley Act uit 2002.
Het opmerkelijke van het toepassen van deze wet voor de acties van de visser is dat de wet indertijd werd ingesteld naar aanleiding van de corruptie schandalen bij bedrijven als Enron, Tyco International en World-Com. De bedoeling was om het vernietigen van bewijsmateriaal in de vorm van documenten etc. in deze grootschalige fraude zaken te voorkomen. Bij twee lagere rechtbanken werd Yates al veroordeeld tot 30 dagen gevangenis straf en drie jaar vissen onder toezicht. Maar nu heeft deze zaak dus het federale hoog gerechtshof bereikt. Yates riskeert een gevangenschap van 20 jaar. Zoals de openbare aanklager aangaf: het gaat niet meer om de kleine vis, maar om het verduisteren van bewijsmateriaal.
Wellicht is niet alleen de regelgeving zo nu en dan wat overdreven, maar is ook de law enforcement zo nu en dan wat buiten proporties.

dinsdag 11 november 2014

Cruise 3: Cozumel

Op zaterdagochtend om 8 uur komen we aan in Plaja de Maya op Cozumel. Cozumel is Mexico en geeft dus de mogelijkheid voor andere prijzen en andere belastingen; het is dus een goede plaats om een soort vrijhaven te creëren. Als we hier aan land gaan horen we dat er zo'n drie a vier cruise schepen aanleggen per dag. Even ruw schatten: tussen de 5000 en 8000 relatief rijke Amerikanen die per dag deze plaats aan doen, een aardige economische impuls. Deze 'Maja Plaats' bestaat uit een verzameling winkeltjes die souvenirs, maar ook kleding en vooral gouden en zilveren sieraden aanbieden. Het is me niet helemaal duidelijk of dit nu een voordelige plaats is om goud en zilver te kopen. De plaatselijke bevolking - de Maja's zijn zoals we al eerder vaststelden een maat kleiner dan Europeanen en Amerikanen - is er natuurlijk op uit zoveel mogelijk te profiteren van de bestedingsimpuls. En zo komen we langs een winkel waar Freerk zegt:
'Kijk, deze hoed lijkt me wel wat voor jou.'
Inderdaad, als ik mezelf met hoed in de spiegel bekijk, valt het beeld niet tegen. De man van de winkel ziet zijn kans schoon:
'Meneer deze hoed kost normaal $80,- , maar ik verkoop hem voor $40.'
Betty vind het belachelijk en zegt $10.
Wat me verbaast is dat de winkelier bij een dergelijk verschil niet onmiddellijk wegloopt. Het verschil is te groot. Bovendien weet Betty niet wat een hoed normaal kost. Het is duidelijk dat er flink wat speling zit in de prijzen. Hoe gaat dat met de sieraden? En wat wordt er omgezet in de verschillende winkels?
Voor mij is Plaja de Maya niet veel anders dan de vele plaatsjes aan de kust die bestaan van de toeristen met producten die in zo grote getale worden aangeboden dat je vanzelf het gevoel van kitsch krijgt. Als we uitgekeken zijn gaan Freerk en ik dan ook maar iets drinken op een terras met uitzicht op de zee en op een tweetal Maja's die een houten xylofoon (of iets dergelijks bespelen.
We moeten om zes uur terug zijn, maar om één uur nemen we toch maar de lunch aan boord.

Cruise 2

Zoals gezegd: de cruise lijkt vooral gericht op eten en drinken - en op geld verdienen natuurlijk. Weliswaar zijn de maaltijden inbegrepen bij de kosten van de cruise, maar de drankjes daarom heen niet die worden netjes ten laste gebracht van het tegoed op de blauwe sleutel/creditcard. Daar is niets mis mee natuurlijk al is het voor ons een beetje ongewoon om voor iedere borrel een kassabon te moeten tekenen. Wat ook voor de Amerikanen niet geheel vanzelfsprekend lijkt is dat in dit geval op de kassabon ook een standaard bedrag voor bedieningsgeld is opgenomen.
De interesse van de reizigers gaat ook voornamelijk naar zalig nietsdoen in de zon op het volledig vlakke water van de Caribische Zee tussen Cuba en de zuidpunt van Florida. Afgezien van de vage door de atmosfeer blauw gekleurde streep land aan bakboord is er de vrijdag niets anders te zien dan water en lucht. De belangstelling voor dit beeld ebt snel weg bij de meesten. En zo zien we bij de vier zwembaden die we tegenkomen aan boord mensen op dekstoelen met vooral veel zonnebrillen en veel overgewicht.
Voor sommigen is dit leven de ultieme vorm van ontspanning of leven. Bij de rampoefening zaten we naast een echtpaar dat de cruise niet gebruikt voor iets anders dan het leven aan boord. Het zal in Cozumel niet aan land gaan. Anderen blijken helemaal niet geïnteresseerd in de bestemming, er zijn genoeg activiteiten aan boord: op dek 15 zien we aan twee tafels Mah Yong spelen, een meter of zes van het zwembad en twee meter van het café dat een groot deel van de dag met een gevarieerd buffet open is. Aan de andere kant van het dek is een ruimte gereserveerd voor tafeltennis en een dek hoger is een kleine golfbaan. De cruisemaatschappij organiseert hier de hele dag activiteiten, zo wordt er gebridged , geschaakt en er is zelfs een wedstrijd snel-sudoku... In een van de salons wordt aan lijndansen gedaan, en in een andere is een heel casino ingericht. Deze boot is 300 meter lang en 40 meter breed. Uiteindelijk zijn er 18 dekken, waarvan de bovenste drie niet meer de hele lengte van de boot overspannen.
De uitstalling van gerechten in het café op dek 15 is van dien aard dat wij voor de lunch ook iedere keer meer eten dan nodig is. We voelen ons overgewicht per dag toenemen, ook al gaat Freerk voor de ontspanning iedere keer een tijd naar de fitnessruimte om hard te lopen.


Cruise

De idee van een cruise met zijn vieren zweefde al lang door onze vakantieplannen voor Florida. Ditmaal had Betty inderdaad een reservering gedaan. We zouden in vier dagen vanuit Fort Lauderdale naar Cozumel heen en terug reizen. In Fort Lauderdale - ongeveer halverwege Palm Beach Gardens en Miami  waren we al eens aangekomen. Op die gedenkwaardige reis in 2004. We kwamen aan toen orkaan Frances juist voorbij was geraasd en we een groot deel van onze tocht naar het noorden door een verwoest landschap reden. En Cozumel is een eilandje voor de oost kust van Yucatan in Mexico, Een echte zeereis dus, die herinneringen oproept. Herinneringen aan lang geleden. Hoe hard varen schepen tegenwoordig? Zou ik een blik in de machinekamer kunnen werpen?
Als we de kade in Fort Lauderdale verlaten maken we een bocht over stuurboord en varen meteen de Atlantische Oceaan op. Het is mooi stil weer en van de verwachte kou uit het noorden is voorlopig nog niets te merken. De eerste actie is die van de rampen oefening. De Caribbean Princess is een grote boot en de rampenoefening vindt plaats in groepen. Iedereen vindt de plaats van zijn oefening op de deur van zijn hut. We moeten naar dek 7. Bij wijze van oefening lopen Anneke en ik de trappen af. Het is goed om te weten waar je bent. De oefening bestaat uit het uitvoeren van de opdracht naar onze verzamelplaats te komen en ons reddingsvest uit te proberen.
Na de oefening was het langzamerhand tijd om te eten. Onze tafel en de etenstijd staan op het pasje dat we verder kunnen gebruiken zowel als sleutel van onze hut als als creditcard om al onze uitgaven te betalen.
In afwachting van de klok van 8, het moment waarop we aan tafel kunnen, vinden we een plek in het wheelhouse om een drankje tot ons te nemen. In the Wheelhouse worden we opgevangen door Geraldine, die ons uitlegt waarom de inwoners van de Philipijnen hier in grote getale aan boord zijn: ze staan bekend om hun grote gaven als verzorgster(er). Eigenlijk heb ik dat altijd al geweten. Iedere keer als de ontwikkelingen in de zorg in Nederland aan de orde komen roep ik iets van: ik wil een Philipijnse verzorgster.
Geleidelijk wordt het duidelijk dat deze reis vooral zal bestaan uit eten en drinken en dat het liefst in grote hoeveelheden. De keus is dan ook zeer verleidelijk en uitgebreid en hoeft niet afzonderlijk betaald te worden. Het is lang geleden dat ik aan tafel schuivend iemand tegenkwam die mijn servet op mijn schoot drapeerde. Hier gebeurt dat.



maandag 10 november 2014

Cuba

Ik weet het niet meer precies. Het is nog vroeg in de ochtend. Als ik vanaf het balkon van onze hut naar de zee aan bakboord kijk zie ik de kust van Cuba. Ik weet dat dat zo is omdat ik de kaart bekeken heb van dit gebied. Een kaart die ergens tegen de wand hangt op een van de verdiepingen van deze Caribbean Princess. Toen we hier gisteren aan boord stapten bleken we op dek 5 te zijn. Naar schatting zal dek drie wel ter hoogte van de waterlijn liggen. Onze hut is op dek 14. Als ik de getallen goed onthouden heb zijn er zo' n drieduzend passagiers aan boord bij een bemanning van omsreeks 1200 koppen. We gaan met de lift naar onze hut. en hebben twee ruime bedden. De temperatuur werd door de air conditioning goed laag gehouden. Voor ons eigenlijk wat te laag. Maar we kunnen hem bijstellen, zoals een gewillige kop van de bemanning ons uitlegt. Hij zal onze vaste coach zijn op deze reis en heet verrassenderwijs Smit. De accommodatie doet niet onder voor die van een vijfsterren hotel.
De kust is ver weg, het heuvelachtige landschap is blauw in de ochtendnevel. Ergens langs de horizon stijgt een rookpluim.  Onwillekeurig komen herinneringen op aan Cuba van toen, van voor Fidel Castro zelfs. Die herinneringen vormen nog maar een vaag weten. Ooit ging ik mee met een excursie naar het centrum van Havanna. Op een groot plein stond naar mijn herinnering het Capitolio. Wat was eigenlijk de functie van dat gebouw? We konden dat gebouw in en werden rondgeleid op de begane grond waar we terechtkwamen in een koepel die qua omvang alleen werd overtroffen door de koepel van de St Pieter, vertelde de gids. Toen was Cuba nog katholiek. Twee jaar later voeren we heen en weer tussen Curacao en Venezuela, na het incident aan de Varkensbaai en de crisis rond de Russische raketten op Cuba. Spannende tijden toen. Vergeleken daarbij is deze cruise nar Cozumel een wonder van rust. De tijden zijn veranderd.
Onder de rust van een luxe verblijf op een cruise schip gaat de angst schuil van aanslagen. Ook hier voor we aan boord konden stappen moest eerst onze bagage en ons lichaam gescand, zoals overal waar mensen van en naar de VS gaan. Als je naar de gewilligheid kijkt waarmee mensen de controles ondergaan is het wel duidelijk: de meeste mensen zijn gesteld op rust en dat vooral met vakantie. 

Dit cruise schip biedt bijna alles, Toen we gistermiddag eenmaal onze bagage hadden uitgepakt en weer terug waren op dek 5 om wat te drinken, had ik een soort Titanic beleving. Rond de centrale ruimte vanwaar ruime wenteltrappen naar bovenliggende dekken voerden liepen serveerders en serveersters rond en stonden anderen achter de bar. Hier was alles te krijgen wat met geld te koop is.

woensdag 5 november 2014

Politiek

De verkiezingen zijn geweest en de uitslag is min of meer als verwacht. De Republikeinen (verzameld in de Grand Old Partie GOP) krijgen voldoende zetels om de meerderheid in de Senaat te behalen. In de laatste twee jaar van Obama zullen de VS daardoor wel  lastig bestuurbaar zijn. Rick Scott heeft in Florida gewonnen van Charlie Christ. Christ had trouwens in het verleden al eens de gouverneurspost van Florida voor de Republikeinen bezet. Politieke trouw is hier dus ook niet een echt vereiste. Met Scott is niet iedereen even blij. Hij was directeur van een bedrijf dat beschuldigd werd van criminele activiteiten. Scott als getuige beriep zich 75 maal (volgens een tv-spot) op het 5e amendement, dat hem vrijstelt van antwoorden in situaties waarin het antwoord hem zelf zou kunnen belasten. Naar mijn opvatting zou het moeite kosten hem te laten voldoen aan de integriteitsopvattingen die verschillende politieke partijen in Nederland hanteren.
Maar het kan nog duidelijker. Michael Grimm is gekozen voor de Republikeinen terwijl er een rechtszaak tegen hem is aangespannen wegens crimineel gedrag. Hoewel ik de aard van de beschuldigingen tegen hem niet ken lijkt het me niet direct het onbesproken gedrag dat we van onze leiders verwachten. De commentaren in de krant van vandaag laten trouwens zien dat een aanzienlijk deel van de kiezers weinig vertrouwen heeft dat de eigen partij de situatie in de VS zal kunnen verbeteren.
Onderdeel van de verkiezingen hier in Florida was overigens een referendum over het gebruik van marihuana voor medische doeleinden. Het haalde niet de vereiste 60% van de stemmen.

Inmiddels echter gaat het gewone leven door: wij zijn druk bezig met de voorbereidingen van een vierdaagse cruise naar Cozumel een eiland voor de kust van Mexico. Morgen aan boord en zondag weer terug. Twee dingen stemmen tot nadenken: het mooie weer wordt wat gehinderd door koufronten vanuit het noorden, voor zaterdag wordt dan ook een regenachtige dag verwacht. En de kosten van de wifi aan boord blijken prohibitief hoog. Heeft het zin om een laptop mee te nemen?

maandag 3 november 2014

Logisch

Hoewel Spencer en Trent zeer verschillend zijn moet ik toch nog vaak twee keer kijken om ze uit elkaar te houden. Het zijn gewoon twee blonde driejarige jongens. Ze zijn echter in hun gedrag zeer verschillend. Trent is de voorzichtige, hij kijkt eerst de kat uit de boom en laat de situatie op zich inwerken. Maar als hij een maal een besluit genomen heeft is hij er moeilijk weer van af te brengen. Plotselinge verandering is voor hem een zeer grote uitdaging. Hij geeft dan ook in beginsel nee als antwoord op ieder voorstel. Hij lijkt echter zeer intensief om te gaan met de dingen die hij doet. Spencer is meer impulsief. Dat heeft het voordeel voor Trent dat hij kan zien hoe zijn broer het er afbrengt voor hij zelf aan de slag gaat. Het verschil bleek gisteren wel heel duidelijk. Wij hadden twee digitale bugs (robotinsecten) gekocht en Freerk demonstreerde die: eerst aan Trent die gespannen en gefascineerd toekeek maar met zijn handen op de rug. Een tijdje later aan Spencer die onmiddellijk zijn handen uitstak en er een oppakte.
Voor kinderen van die leeftijd volgen bezoeken kennelijk een bepaalde routine en zo moesten we gisteren met de kinderen dus naar de schildpadden en de paarden. Dat heeft zijn consequenties. Kinderen kunnen niet zomaar in de auto ze moeten in een stoeltje. De stoeltjes van nu zijn echte ruimtevreters, waardoor zelfs de Toyota van Freerk beperkingen vertoont. Met Freerk aan het stuur en Anneke naast hem bezetten de kinderen de zetels op de achterbank. Voor Betty is er dan nog net plaats tussen beide stoeltjes in voor mij zijn de twee stoelen gereserveerd op de achterste rij. Ik kom daar door de achterklep van de auto, want door de kinderstoeltjes kunnen de stoelen op de tweede rij niet meer naar beneden. De ruimte op de derde rij is beperkt. De afstand tussen tweede en derde rij rugleuning is kleiner dan de lengte van mijn dijbeen, zodat ik er alleen overdwars in pas en met mijn rug tegen de harde zijkant zit. Gelukkig is de weg goed en niet al te lang. Als we van de parkeerplaats bij de Gardens Mall naar de paarden lopen, zegt Freerk: Ik kan niet wachten tot die kinderen weer aan iets anders toe zijn. Ik kan dat alleen maar beamen.
Ondertussen lossen kinderen filosofische problemen in een handomdraai op. Om oorzaak en gevolg aan de orde te stellen legde Freerk, die gefascineerd is door het leerproces van de kinderen, uit:
'De kip legt het ei, nietwaar?'
'Ja.'
'En uit het ei komt weer een kip.'
'Ja.'
'Maar waar komt nu de kip vandaan die dat ei legt?'
'De kip komt uit de schuur,' vond Spencer, voor wie het probleem daarmee ook afgedaan was.

zaterdag 1 november 2014

Halloween


DSC02868
We hebben er in het verleden nooit bij stil gestaan maar nu Freerk in de VS woont kunnen we er niet omheen: zijn verjaardag valt samen met de viering van Halloween. Dat betekende dit keer ‘s morgens zingen voor Freerk en ‘s avonds verkleden voor Halloween. Het verkleden lijkt wel op de carnavalsuitrusting in het zuiden van Nederland, alleen zijn  de vermommingen iets meer morbide. Het wemelt van de geraamten en doodshoofden. Uiteindelijk Halloween is een oud Keltisch feest ter gelegenheid van het einde van het jaar.
Het is hier ook steeds meer een feest voor de kinderen. De gemeente Palm Beach Gardens heeft in de omgeving van het gemeentehuis een heel terrein ingericht voor de viering van Halloween. Als we daar met Spencer en Trent komen lijkt mij het terrein te groot voor het aantal bezoekers. Freerk constateert ook dat het vorig jaar veel drukker was. Voor de kinderen is een wandeling uitgezet langs de bekende figuren uit sprookjes en kinderverhalen. We komen langs de kleine zeemeermin, spider- en superman. captain Hook, etc. Ieder van deze figuren heeft een zak met snoep bij zich en deelt die uit aan de passerende kinderen. Spencer en Trent hebben het gauw door. Spencer kijkt dan ook al gauw nauwelijks meer naar de sprookjesfiguren; hij houdt zijn emmertje klaar en loopt dan naar de volgende. Trent geniet ondertussen met volle teugen en lacht bij alles en iedereen. Aan het eind van de wandeling wil hij nog steeds meer. Spencer is dan aan het eind van zijn latijn. Hij staat er een beetje verloren bij.
Ter gelegenheid van het dubbele feest gaan we gezamenlijk eten. En ook hier Trent geniet van zijn sandwich, maar Spencer valt langzamerhand in slaap en heeft geen weet meer van de wereld om hem heen.
DSC02925

Verkiezingen

Betty volgt een serie lezingen aan de universiteit hier in Palm Beach Gardens, lezingen gegeven door een Frank Cerabino, waarin hij commentaar geeft op de dingen die het nieuws halen. Wij mochten gisteren mee en luisterden naar het verhaal van Cerabino die vaak de lachers op zijn hand had. Zijn lezing had dan ook wat weg van een conference met de nadruk op de onbenulligheid en tegenstrijdigheid in de uitspraken van de leidende politici. Een hot item was bijvoorbeeld het Ebolavirus en de reactie van de verpleegster in Maine die zich niets gelegen laat liggen aan de quarantaine regels die zijn vastgesteld. Het is verkiezingstijd en Cerabino liet aan de hand van grafieken zien dat de race in vele staten nog niet gelopen is. De achterstand die de democraten in de peilingen hadden lijkt de laatste weken weer wat terug te lopen.
Aanstaande dinsdag is het zover. Dan strijden hier in Florida Charlie Christ (D) en Rick Scott om de post van gouverneur. Opmerkelijk is dat ik tot dusver over geen van beiden ook maar iets positiefs gehoord heb.
Hier en daar bespeur je ook enig cynisme. Zo schreef Gall Collins vanmorgen in mijn lijfblad de Palm Beach Post:
'We weten dat als de Republikeinen de meerderheid in de Senaat krijgen alle commissies Republikeinse voorzitters zullen krijgen. De Energie commissie bijv. zou kunnen worden geleid door Lisa Murkowsky uit Alaska, een gematigd lid dat aan de leiband loopt van de olie en gas lobbie. Dat zou een dramatische verandering zijn van de huidige situatie waarin de Eenrgie Commissie wordt geleid door Mary Landrieu uit Louisiana; zij is een gematigd lid van de senaat dat aan de leiband loopt van de olie en gas lobbie.' (vertaling is van mij)

donderdag 30 oktober 2014

Verbazend

Freerk en Betty wonen hier nu tien jaar. We hadden erop gemikt bij de eerste in gebruik name aanwezig te zijn. We kwamen toen - september 2004 - aan op Fort Lauderdale in het zog van een orkaan die over dit gebied raasde en ons naar het noorden liet rijden door een landschap dat op een oorlogsgebied leek. Een van de dingen die ons toen opviel op onze reis naar het noorden, terwijl alle verkeerslichten waren uitgevallen, was dat de Amerikaanse weggebruikers zeer beleefd en gedisciplineerd om de beurt de kruispunten passeerden.
Maar goed wij bewonderden het nieuwe huis en zagen hoe rekening was gehouden met het geweld van orkanen. Het huis was volgens voorschrift ertegen beveiligd. Het eerste wat Freerk dan ook deed was de stalen golfplaten voor de ramen weg halen, zodat we naar buiten konden kijken. Een week later moest hij ze trouwens weer plaatsen omdat een nieuwe orkaan op vrijwel hetzelfde punt in Florida aan land kwam, wat een buitengewoon ongewone situatie was.
We konden nu de orkaanvoorzieningen in de praktijk ervaren. We zaten dus in het donker met een kaars  - de orkaan passeerde aan het eind van de middag en de elektriciteit viel uit zoals verwacht - luisterden naar de storm en de regen en speelden bridge.
In dit huis was één raam dat orkaanbestendig was, Het zit in de slaapkamer van Freerk en Betty en moet windstoten van 150 mijl/uur kunnen weerstaan. Dat raam werd niet afgesloten en zo konden we zo nu en dan tussen het bridgen door even kijken naar het natuurgeweld.
Dat orkaanbestendige raam bleek deze week gebroken. Betty constateerde het en verbaasde zich en na haar Freerk en vervolgens iedereen die langs kwam en de lange scheuren in het glas van onder tot boven bekeek. Hoe kon dit stormvaste glas breken? Je zou haast denken dat iemand er met een hamer tegen geslagen moest hebben of er was een vechtpartij geweest en iemand was er met groot geweld tegen aan gegooid. Maar er was geen duidelijk punt vanwaar de scheuren waren ontstaan. Interne spanning in het glas?
Een verbazend fenomeen.

woensdag 29 oktober 2014

Aan zee

Military Trail is een weg die in Palm Beach Gardens van Zuid naar Noord loopt (of andersom natuurlijk). Het is een weg met vier rijstroken en aan weerszijden settlements - afgescheiden woonbuurten als aalbessen aan een tros (wel een beetje grote bessen dan). Als we Magnolia Bay verlaten en naar het noorden gaan (d.w.z. linksaf slaan) is de eerste belangrijke kruising die met Donald Ross Boulevard eveneens een weg met vier rijstroken. We gaan naar rechts en volgen Donald Ross voor een kilometer of acht, kruisen via een brug de Intra Coastal Waterways en komen nog wat verder bij de kruising met de US1, een weg die hiervandaan langs de kust helemaal naar New York gaat. Zover gaan wij niet; nog geen mijl naar het noorden komen we bij Juno Beach, waar een flink parkeerterrein met sanitaire voorzieningen vlakbij het strand is. We dalen af naar het strand en lopen enige tijd door het mulle zand. Het water van de Atlantische Oceaan voelt hier zeker zo warm als dat van het zwembad achter het huis van Freerk en Betty, het zal dus zeker 27 graden zijn.
Weer boven op het duin zitten we op een stenen bank en kijken naar de strak blauwe lucht. Strak blauw? Vlak voor ons hangt een wolk (zie foto), een witte wolk.
Nauwelijks twee meter links van onze bank haalt een man met witte baard een rugzak van zijn schouders. Hij heeft een hondje bij zich dat zijn geur om zich heen verspreidt door met zijn achterpoten zand in mijn richting te slaan. De rugzak blijkt een opvouwbaar strandstoeltje te zijn dat wordt uitgevouwen. De man naast me haalt zijn bril en MP3 speler te voorschijn. Nadat hij het koordje van zijn bril en het snoertje van de MP3 speler uit elkaar gehaald heeft gaat hij zitten en pakt het boek dat hij ook bij zich blijkt te hebben. Een rustig beeld: het hondje heeft zich uitgestrekt en de man leest. Als ik weer opkijk blijkt de witte wolk verdwenen. Ik moet denken aan Baghwans boek: de weg van de witte wolk.  

maandag 27 oktober 2014

Vechten tegen de bierkaai?

Spencer en Trent hadden enige moeite de vreemde mensen die wij zijn te accepteren, maar op zondagmorgen op weg naar het schilpadden opvangcentrum aan US1 leken ze het al gewoon te vinden dat we meegingen. Zelfs werd ik geaccepteerd als paard om een van de twee hoog genoeg op te tillen om in de bak met een schildpad te kijken.
In het centrum worden schildpadden opgevangen die zichtbaar beschadigd zijn; uit de gegevens die bij de zwembakken staan, lijkt het of de beschadiging meestal veroorzaakt wordt door de plezierjachten. Hun schroef hakt lelijk in in het rugschild, maait hier en daar een poot af of iets dergelijks. De schildpadden worden aangetroffen door passanten die de dieren dan hier afleveren. In het centrum krijgen de dieren een naam, ze worden medisch onderzocht (er is een operatiekamer) en behandeld met veelal antibiotica.
Het is duidelijk een goed doel. Niet alleen gezien vanuit het gezichtspunt van de behandelde schildpadden, maar ook als je let op de educatieve waarde van het centrum, want natuurlijk is er bij de eigenlijke opvang een afdeling met materiaal over alle belangrijke zeedieren in deze omgeving en een winkel waar je speelgoed zeedieren in alle mogelijke afmetingen kunt krijgen. Trent ging voor de dolfijn en Spencer nam een haai. Minstens voor hen is de vorm van de zeedieren nu vertrouwd.Vermoedelijk herkennen ze nu schildpadden, dolfijnen en haaien als verschillende dieren.
De capaciteit van het opvangcentrum - gelet op wat wij daar aantreffen - lijkt iets in de buurt van vijfentwintig à dertig schildpadden. Ik vra
ag me af hoeveel schildpadden worden niet meer bijtijds aangetroffen in een omgeving waarin steeds meer motorjachten de fraaie Intracoastal Waterways bevaren. De economie groeit weer uiteindelijk. Het hele ecosysteem wordt afgebroken, maar in ieder geval worden enkele schildpadden gered.

zaterdag 25 oktober 2014

Met mijn neus in de boter

De vlucht verliep vlekkeloos. We zouden zeer bijtijds bij Freerk en Betty zijn geweest als we niet eerst op zoek waren gegaan naar iets om te eten of te drinken. Het was twee uur en Freerk had sinds zijn ontbijt nog niets gegeten. Er was alle reden om daar eerst iets aan te doen.
De dichtsijzijnde gelegenheid volgens de GPS was Hooters, vanaf Sanford Inernational Airport zo' n 10 km naar het noorden.  Dus wij naar het noorden;harlie  dat  was eigenlijk de verkeerde kant uit, want voor Palm Beach Gardens moesten we naar het zuiden. Hooters is ook een Amerikaanse slang uitdrukking voor tieten. En zo was het ook: we werden bediend door meisjes die net voldoende kleren aan hadden om hun borsten goed uit te laten komen, zodanig dat soms de vraag rijst: is dat wel allemaal natuurlijk? Voldoende dus voor eventueel vervolg onderzoek, al zijn we daar maar niet aan begonnen. Toen we uiteindelijk de reis naar het zuiden ondernamen, raakten we min of meer verstrikt in de aanwijzingen van GPS en reden mijlen om - althans zo leek het.
De volgende morgen vielen we meteen in het ritme van hier:
Bij het ontbijt de Palm Beach Post, de regionale krant van Palm Beach County. De PBP heeft in deze verkiezingstijd een bladzijde ingeruimd voor wat men noemt Balanced Views: een democratische (from the left) en een republikeinse (from the right) blik op de toestand. Vandaag werd From the Left ingevuld door Gall Collins, die liet zien hoe de kandidaten van links en van rechts vechten om de stem van de vrouw. Al citerend zie ik dat rechts beweert dat vrouwen in de toekomst alleen maar af kunnen studeren als de belastingen (door links gepropageerd) omhoog gaan. Daar staat tegenover dat volgens links het rechtse programma tegen Obamacare er op neer komt dat vrouwen geen mammografie meer kunnen laten doen.
En fans van de TV-show: say yes to the dress, (kan ook in Nederland worden gevolgd) zien dat een jonge vrouw een voorkeur heeft voor de Rick Scott trouwjurk (Rick Scott is rechts kandidaat gouverneur voor Florida), terwijl haar moeder de duurdere Charlie Christ (de kandidaat voor links) -japon aanprijst.
Aan de top voor mij staat echter de bijnaam die Mark Udall heeft gekregen (Mark Udall is de democratische kandidaat in Colorado). Commentatoren noemen hem Mark Uterus, die de nadruk legt op de reproductieve rechten van de vrouw. Aardige verhelderende lectuur.
Overigens kan men vanmorgen de visie van rechts nauwelijks zien als een visie die evenwicht schept: hij gaat niet in op hetzelfde onderwerp maar kiest voor een typering van het beleid van Obama als dat van een verbijsterde stuurman aan de wal.
Ook dat is verhelderend natuurlijk; het laat eens te meer zien hoe politici niet discussieren maar langs elkaar heen praten met hun eigen monoloog.

donderdag 23 oktober 2014

Drop

In onze auto staat al sinds mensenheugenis een bakje met drop. Dat is zo vanzelfsprekend dat onze kleinkinderen, als ze in onze auto stapten altijd begonnen met een dropje te pakken. Inmiddels zijn zij op een leeftijd dat ze er niet meer speciaal naar onze auto voor lopen. Maar de drop is gebleven. Meestal gevarieerd in de verschillende soorten die de Nederlandse dropfabricage rijk is.
Onze nieuwe auto heeft minder gelegenheid om het dropbakje naast de bestuurder te plaatsen dan de vorige zodat het een beetje improviseren is. Vandaag op de eerste dag van onze vakantie naar Florida, was het voorraadbakje leeg en maakte Anneke zich op om dat weer te vullen uit de zakjes die inmiddels in de auto lagen. Een zakje met schoolkrijt en een zakje met gesuikerde drop.
Nu heeft deze auto tevens de eigenaardigheid dat de motor uitvalt als je voor een stoplicht op de rem trapt om stil te staan. De motor start dan weer als je je voet van de rem haalt. Zo ging het dus ook vanmorgen bij het eerste stoplicht dat we passeerden op de zuidelijke rondweg.
Anneke vulde het bakje, ik remde voor het stop licht en trok weer op toen dat op groen sprong. Maar in dat soort situaties duurt het ca 1,5 seconde voor de auto reageert op het gaspedaal. Of ik reageerde te snel natuurlijk. In ieder geval de auto ging met een schok vooruit, waarop Anneke niet verdacht was en het bakje schoot uit haar hand. Een groot deel van de auto lag onder de drop en vooral suiker. Een vervelend begin van de reis. Gelukkig was er vlak na het stoplicht eenbenzinestation met stofzuiger, zodat we toch tamelijk fatsoenlijk in Roelofarendsveen aankwamen.
We hadden daar nauwelijks tijd om de auto te parkeren: de chauffeur van de shuttle bus trok de koffers haast uit onze handen, want hij moest juist op pad om reizigers op te halen.
De rest van onze reis naar Schiphol was in ieder geval snel.  

maandag 20 oktober 2014

Reizen

t Is weer zover. De koffers zijn praktisch ingepakt. Rekening houdend met het voege tijdstip waarop we vrijdag vertrekken zullen we donderdag al naar Amsterdam gaan en een hotel nemen voor een korte nacht. We vliegen met Arke; dat biedt het voordeel dat we rechtstreeks van Schiphol naar Orlando reizen. Arke heeft nog meer voordelen je kunt daar namelijk nog steeds plaatsen reserveren in de comfortklasse: die geven wat meer beenruimte.
Op de terugreis vliegen we met Jetair, een Belgische partner van Arke blijkbaar. Dat geeft desondanks opmerkelijke verschillen. Bij Arke mogen we 20 kg bagage meenemen, terwijl aan de handbagage geen gewichtslimiet lijkt gesteld. Bij Jetair daarentegen mogen we blijkbaar 30 kg aan bagage laden, maar wordt de handbagage beperkt tot 10 kg.
Dit soort beperkingen is er al heel lang. Naar mijn herinnering mocht ik bij mijn eerste vlucht nog 50 Engelse ponden aan bagage meenemen; hetgeen neerkomt op ongeveer 22 kg.
Tot dusver heb ik niet gehoord dat het lichaamsgewicht van de reiziger beperkt moest zijn. Dat bracht een vriend van ons ertoe (maar dat is ook al weer lang geleden) om een groot deel van het servies dat hij in Spanje had gekocht op te slaan in zijn kleding. Uit zijn verhaal heb ik begrepen dat hij haast niet meer kon lopen met die volgepakte jas..
Wat kun je doen met 20 kg? Een extra verschoning, een paar schoenen. Boeken hoeft niet meer zo, de e-reader geeft meer boeken dan je kunt verwerken. Zoals gezegd mijn koffer is bijna gepakt. Hij weegt 14 kg.

De kapper

Mijn kapper heeft al jaren geleden de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, maar hij knipt rustig door. En zolang hij dat blijft doen zal ik hem blijven bezoeken. Een kwestie van trouw? Hij heeft enkele dingen mee. Door de jaren heen heeft hij ervaring opgedaan met het knippen van mijn baard en hij hanteert een seniorentarief, dat voor mij al jaren hetzelfde is.
De laatste keer was het druk bij de kapper. Dat is niet altijd het geval, want vaak als ik er kom ben ik de enige wachtende, soms zelfs staat hij nog te wachten op zijn eerste klant. Maar deze keer zaten er vier mannen en een vrouw voor mij te wachten. Dat er een vrouw zit tussen de wachtenden heb ik nog niet veel meegemaakt. Maar het damesdeel van de kapsalon was leeg. De kappersvrouw was er niet. Terwijl de ene klant na de andere klant geholpen werd werd de wereldpolitiek besproken - voor zover die zich afspeelt in het dorp. De kapper beklaagde zich erover dat de kapsalon zo weinig opbracht en dat de belastingdienst hem bleef controleren. De vrouw werd geknipt op dezelfde laconieke manier als de andere klanten, terwijl het gesprek gewoon doorging. 'Ach man,' zei een van de klanten, je moet je niet beklagen over de belasting. Je knipt toch niet om de verdienste, maar omdat je het gezelschap niet kunt missen.' Hetgeen een redelijke inschatting leek. Nog een en dan was ik aan de beurt. Ondertussen was het aantal klanten in de kapsalon even groot gebleven. Er kwam een man binnen die de situatie in zich op nam.
Hij zei: 'Ik moet om elf uur weer ergens anders zijn, zou dat nog lukken? Anders kom ik een andere keer terug.'
De kapper keek op de klok, het was tien uur: 'dat moet lukken, ga maar zitten.'
De kapper begon aan mijn hoofd, maar het tempo van zijn bewegingen ging omhoog. Terwijl hij me vroeg of ik de Eneco tour had kunnen volgen (hij weet waar ik woon), moest ik even weer denken aan die kapper in Abadan (Perzische Golf) die indertijd met verbazingwekkende snelheid kon knippen. Hij was gespecialiseerd in 'crew-cut', het standaardkapsel van de Amerikaanse marine. De crew-cut kostte indertijd maar enkele minuten. Hoelang zou deze kapper nodig hebben?
Het gesprek in de kapsalon was inmiddels gekomen op begrafenissen en de frequentie waarmee die moesten worden bijgewoond.
De man die om elf uur elders moest zijn zei:
'Ik weet nog een mop over een begrafenis. Ik kwam laatst een begrafenisstoet tegen waarin alleen  mannen meeliepen. Vlak achter de lijkwagen liep een man met een hond. Ik was nieuwsgierig en vroeg aan de man met de hond, wie er begraven werd. Mijn schoonmoeder zei hij, ze werd doodgebeten door mijn hond.
Oh, zei ik, mag ik die hond lenen?'
'Sluit maar achter aan, zei de man'
Er ging een gelach op in de kapsalon. De kapper was inmiddels klaar met mijn hoofd en ik rekende af,
'Tot de volgende keer.'

   

woensdag 3 september 2014

Verandering

Bij het zoeken naar een tekst op mijn harde schijf - hij moet toch ergens zijn - klikte ik min of meer toevallig een oude brief aan. Het lijkt wel aardig om in deze tijd waarin we real time verbonden zijn met de uithoeken van deze wereld, nog eens terug te kijken hoe dat vijftig jaar geleden ging. Het volgende stukje brief is tekenend.
sts Katelysia, 12 januari 1959.

Beste allemaal,
De steeds kouder wordende dagen glijden voorbij in trage een­to­nigheid, maar uiteindelijk zijn we Anacortes toch tot op een dag of vijf genaderd. Slechts zelden heb ik zo uit zitten kij­ken naar een haven als naar Anacortes, niet vanwege de lengte van de zeereis, maar omdat ik in dat kleine plaatsje in Was­hington bericht verwacht over Vader. Verdrietig is het om op twintigduizend kilometer van huis te zijn en dan als laatste bericht een brief te hebben van bijkans een maand geleden.

Wanneer gaan Ank en Dolf nu eigenlijk trouwen? Ik dacht dat hun streefdatum ergens in maart lag, maar moeten ze daarvoor zo lang van te voren in ondertrouw? Afijn, misschien hoor ik er nog wel eens iets meer van. En hoe staat het nu met de verbou­wing?

De communicatie ging in hoofdzaak per papieren brief, al was het mogelijk om een telegram te sturen in heel bijzondere situaties. De normale procedure was dat de mensen die me een brief schreven  die naar het kantoor van Shell in Rotterdam zonden. De Shell zond de brieven dan (gesorteerd per schip) als luchtpost  naar de haven waar wij werden verwacht. Wel, dat ging wel eens mis, zoals blijkt uit de brief die aan de bovenstaande vooraf ging:

 sts Katelysia, 19 dec. '58.

Beste allemaal,
[....]
Over dat meenemen naar Nederland gesproken: Weten jullie al dat onze orders luiden Miri - Rotterdam? We gaan via het Suez­kanaal wat met zich meebrengt, dat we waarschijnlijk eind ja­nuari in Rotterdam zullen komen.
Een paar dagen later:
Aan het bovenstaande had ik nog enkele dingen toe willen voe­gen, maar het is allemaal niet meer nodig, we gaan niet naar Rotterdam, we zullen in plaats daarvan de Grote Oceaan nog eens oversteken naar een plaatsje in de buurt van Seattle. Wederom blijkt de nutteloosheid van het maken van plannen. We zouden in Singapore water laden. In de paar uur dat we daar zouden lig­gen, zouden er twee Engelse leerling-machinisten en een ex­tra bootsman aan boord komen samen met de plaatsvervan­ger van Van Stappen. Dat gaat nu niet door.
Als we in Rotterdam zouden zijn gekomen zouden de 1e stuurman en Kuit hoogstwaarschijnlijk met verlof zijn gegaan. Kuit zou van de gelegenheid gebruik gemaakt hebben voor z'n A te gaan studeren. Dat gaat nu niet door. Kuit zal waarschijnlijk nu net geen gelegenheid hebben zich op te geven voor de examen­zitting van mei.
Als we in Rotterdam gekomen zouden zijn zou de vierde machi­nist van de gelegenheid gebruik gemaakt hebben te trouwen. Vrijwel alles was al geregeld, maar ook dat gaat nu niet door.
Ik weet nog niet waar we drinkwater zullen laden, niet in Mi­ri. Ik hoop dat ik nog de gelegenheid zal hebben enige inkopen te doen, want ik had gerekend dit in Singapore te kunnen doen.
Afijn, in de ruim drie weken dat we nu weer op zee zullen zit­ten zullen we ook de sensatie beleven tweemaal dezelfde dag mee te maken. En daarmee is voorlopig het nieuws van hier wel uit­ge­put. Voorlopig dus weer de hartelijke groeten van
Jaap
p.s. Ik wens jullie ook allemaal een gelukkig nieuwjaar. Jaap.

Onder die omstandigheden kon het wel eens een tijd duren voor een brief aankwam. Aan boord zeiden we: niets is veranderlijker dan de Shell. In Nederland volgde men de bewegingen van de schepen in de krant bij de scheepsberichten. Ook die waren niet altijd juist. De sensatie om tweemaal dezelfde dag te beleven was een gevolg van het overschrijden van de datumgrens: toen nog een hele gebeurtenis. 

zondag 31 augustus 2014

Reünie

De familiereünie vond dit keer plaats in de omgeving van Stroe; op een terrein in de bossen staan een vrij groot gebouw met keuken een gemeenschappelijike zaal en een soort kleedkamer met open douches; daarnaast een wat kleiner gebouw met zes slaapkamers, twee badkamers (waarvan een geschikt voor minder validen) en een soort huiskamer. Na de eerste nacht bleek dat de afvoer van de badkamers slechts een beperkte capaciteit hadden. En omdat de doucheruimtes ook geen of vrijwel geen afschot hadden, was het resultaat te voorspellen. Na de eerste douche verspreidde het douchewater zich over de hele badkamervloer, een euvel dat bekend was bij de beheerder.
Behalve deze gebouwen, waren er nog vijf cabines met vier stapelbedden, maar zonder water of elektriciteit. Zij die van deze cabines gebruik maakten moesten hun sanitaire behoeften elders voldoen. Zo kon het dat Johan die in een van de cabines had geslapen op zondagmorgen werd overvallen door een zware regenbui en besloot gebruik te maken van de dichtstbijzijnde douche in het gebouw met zes slaapkamers. Er is reden om aan te nemen dat de twee regenpijpen ter hoogte van de huiskamer uitkomen op dezelfde afvoer als de afvoeren van de badkamers, waarvan de capaciteit, zoals gezegd beperkt was. De gevolgen lagen voor de hand. Johan hoefde de douche niet lang aan te zetten of het water overstroomde de badkamervloer de gang en de huiskamer... Even later was een hele ploeg aan het dweilen.
De plotselinge regenbui leek het kampvuur van de vorige avond te doven. Maar toen Johan na het dweilen bij de nog smeulende resten kwam slaagde hij er in het vuur weer aan te wakkeren. En terwijl hij het hout dat overal vanuit het bos was bijeen gesprokkeld weer deed ontvlammen groeide in de grote gemeenschappelijke ruimte het aantal mensen dat een ontbijt genoot. Ze kwamen min of meer in de volgorde waarin ze ook naar bed waren gegaan, sommigen pas in de kleine uurtjes. Kees bakte een paar uur eieren. En Jeroen kwam binnen met de mededeling dat nu de nachtploeg arriveerde.
De reünie kwam geleidelijk weer op gang.
 
 
 

maandag 25 augustus 2014

Biljarten

Ik maak deel uit van een groepje van zes gepensioneerde mannen dat éénmaal per week bijeen komt om te biljarten. Dat wil zeggen als ze kunnen. Want hun aanwezigheid wordt mede bepaald door andere activiteiten. het kan dus zijn dat ze niet met zijn zessen zijn maar met zijn vijven of met zijn vieren. In de vakantieperiode komt het zelfs voor dat er helemaal geen een is. Het spel wordt meestal gespeeld twee tegen twee: wie het eerst 25 caramboles en een afsluitende driebander heeft heeft gewonnen. Na een partij wordt gewisseld. Dit keer waren er vijf spelers net als de vorige week. De vorige week duurde het spelen van een partij zeer lang. De spelers hadden hun dag niet. Het gevolg was dat de vijfde man lange tijd moest wachten. Dat was aanleiding om eens na te gaan of een andere verdeling mogelijk was zodat ook de vijfde man mee zou kunnen doen.
Deze keer was ik als vijfde man de laatste die binnen kwam. En ik was dus de eerste die een nieuwe opzet uit kon proberen. De vier man die al bezig waren speelden in de bestaande combinatie verder. En ik speelde alleen. Dat betekende dat ik een flinke handicap had: twee keer twee man en ik alleen. Omdat dat niet helemaal eerlijk werd geacht, werden de regels aangepast: waar de twee maal twee volgens de gewone regels speelden om 25 caramboles, mocht ik me al winnaar noemen na 15. Of het dan helemaal eerlijk was weet ik niet. Maar ik had een goede dag (en een nieuwe pommerans) en scoorde gelijk op met mijn tegenstanders. Toen ik dus 15 caramboles had en de tegenstanders 17 en 14, werden de regels aangepast. Ik mocht gewoon doorgaan tot 25, maar hoefde dan niet af te sluiten met een driebander. Maar toen ik als eerste 25 caramboles had  vond niemand het bezwaarlijk dat ik toch maar een driebander zou maken. Dat lukte me niet, zodat ik de partij verloor. Daarmee had ik echter ook mijn kruit verschoten. In de volgende partij scoorde ik nauwelijks, maar nu werden de regels niet meer in mijn voordeel aangepast. De opzet was geslaagd: iedereen had gewoon mee kunnen spelen.          

dinsdag 29 juli 2014

Muziek

DSC02550
We gingen via Dieppe naar Vitré voor de muziek. Vrienden van ons spelen al jaren met het CMD (Consortium Musicorum Divertimento) in juli ergens in Frankrijk. In beginsel wordt het orkest ieder jaar samengesteld aan de hand van de mensen die zich voor dat jaar hebben opgegeven. De organisatie slaagt er al sinds jaar en dag in drie jaar achter elkaar in dezelfde plaats te spelen in verschillende gelegenheden, maar voornamelijk kerken. Dit jaar zouden we twee concerten bijwonen. He solistenkoor op maandag in de Église Notre Dame (zie foto) en op woensdag het hele orkest in het Cultureel Centrum. We hadden de kerk vooraf bezocht en daarbij bleek dat de hartlijn van het koor niet samenviel met die van het schip. Iets wat we ergens anders ook al eens hadden gezien. De houten kap van het schip gaf het gevoel dat hier in ieder geval de laatste 600 jaar geen rampen hadden plaatsgevonden. De eerste van de solisten kwamen we al bij het ontbijt in ons hotel tegen. Een pianist die voor het eerst hier meedeed en zeer enthousiast was. Hij genoot van alles en het maakte hem niet veel uit wat hij moest spelen. Het programma die avond was zeer gevarieerd, maar de solisten speelden niet solo. Ze speelden in groepjes van twee of drie. Nu is mijn kennis van de muziek zeer beperkt; ik kan Mendelssohn niet van Tsjaikowsky onderscheiden dus verwacht hier geen muzikale kritiek. Het klonk goed naar mijn gevoel in deze Notre Dame, dat blijkt alleen al uit de snelheid waarmee voor mij de tijd verliep; alleen daar heb je mij weer: het was duidelijk muziek van het klassieke genre. Daar is niets mis mee, maar ik zou het wel leuk gevonden hebben als er een Zuid-Amerikaanse tango, of wat Cajun of misschien wat Kletzmer tussen had gezeten. Het was wel bijzonder, zei men na afloop. Onze pianist uit het hotel, bleek ook zeer enthousiast. We kwamen hem en zijn partner tegen in een van de middeleeuwse straatjes van Vitré tegen. Hij bleek een gezellig prater te zijn, die niet veel moeite had contacten te leggen. En zijn enthousiasme werkte aanstekelijk.
Wij gingen door op woensdag naar het concert van het hele orkest en koor in het Cultureel Centrum van Vitré. Ook hier was een zeer gevarieerd programma. Het werd afgesloten met een stuk van Van Gulik, die had ontdekt dat er in de Eerste Wereldoorlog  niet alleen veel mensen waren gestorven, maar ook wel 16 miljoen paarden en zich hierdoor laten inspireren. In een muzikale nabootsing galoppeerden al die paarden door de zaal. Een indrukwekkend stukje muziek. Het is vermoedelijk een goede gewoonte dat voor zo’n concert nog even de instrumenten op elkaar worden afgestemd.  Dat gebeurde onder leiding van de concertmeester die de verschillende strijkers- en blazersgroepen hun A liet spelen. Door kleurverschil van de instrumenten en ritme kon dit best gebruikt worden als intro, denk ik, maar de echte muziek kwam daarna pas.
Op zaterdagavond kwamen we in het zomerfeestelijke Esquelbecq waar de verschillende café’s ieder hun eigen bandje van twee of drie man/vrouw lieten spelen. Andere stijl, ander ritme, maar evengoed muziek. De meeste aandacht ging naar een bandje met een zanger met een zo omvangrijke kuif, dat hij door Georges de banaan werd genoemd. Hij speelde en zong op een Elvis Presley achtige manier (compleet met het zwaaien en rondrennen met zijn buitenmodel gitaar) en zeer gedreven. Hij werd door het publiek dan ook  uitgenodigd nog meer te spelen. Bis, bis, bis en hij gaf daar graag gehoor aan.
De volgende morgen werd ik om goed half zeven wakker. Naar mijn gevoel hoorde ik ergens een zacht geluid, maar kon het niet thuisbrengen. Zal wel aan mijn oren liggen. Maar even later bleek dat dat geluid de komst voorspelde van het plaatselijk fanfareorkest, dat de inwoners van Esquelbecq moest wekken voor de dag van het feest. De fanfare werd steeds duidelijker en leek me te lopen over een dichtbij gelegen straat. Het werkte wel. Ook Anneke sprong haast uit haar bed.
Muziek: geen echte muziekreis, maar wat een verschillen.

woensdag 23 juli 2014

Toilet

Het bekende Franse toilet, de hurk-w.c. zie je vrijwel niet meer. Toch valt er over de w.c. in Frankrijk nog wel het een en ander te filosoferen. Opvallend - we zitten in Vitré, aan de ingang van Bretagne - is dat de openbare gelegenheden (restaurants, museums) die we hier tot dusver hebben bezocht alle unisex w.c.-s hebben: één w.c. voor zowel mannen als vrouwen. Daar valt wat voor te zeggen. Als we de mens zien als een afvalproducerend bedrijf dan zullen weinig mensen er aan twijfelen dat de kwaliteit van het afval dat mannen en vrouwen produceren min of meer gelijk zal zijn. Uit een oogpunt van doelmatigheid heeft het dan ook weinig zin onderscheid te maken bij het verwerken van dat afval. In Nederland zou je je als vrouw nog wel eens achter gesteld kunnen voelen want in het algemeen  is de capaciteit aan mannentoiletten aanzienlijk groter dan die aan vrouwentoiletten. En precies als de wachttijdtheorie aangeeft hanteert men daarbij voor mannen nog aparte loketten voor grote en kleine boodschappen. Een zeer efficiënte oplossing.
In Frankrijk, waar de gelijkheid is uitgevonden, lijkt dat niet zo te spelen. Mannen en vrouwen wisselen elkaar op dezelfde toiletten, waarvan de capaciteit in de restaurants, waar het aantal w.c.'s beperkt is tot één dan ook veelal te klein is. Niemand zit daar mee. Waarom is er in Nederland zo'n stringente scheiding? Het gebeurt een enkele keer dat iemand uit een hele lange rij vrouwen even het lege herentoilet binnenwipt. Maar dat zijn uitzonderingen.
Een ander ding dat opvalt is, maar dat is niet specifiek voor Frankrijk, dat de w.c. vaak een of twee etages hoger is dan de eetgelegenheid. Uit een oogpunt van doelmatigheid niet erg handig eerst het afval naar boven brengen om het dan vandaar weer naar beneden af te voeren. Vanmorgen zagen we trouwen in het kasteel van Vitré nog de latrines zoals ze in de middeleeuwen werden gebruikt. Door de opening in een steen waar je op kon zitten kon je twintig meter naar beneden kijken waar je afval net buiten de muur terecht zou komen.  

vrijdag 18 juli 2014

St Jacques

De église St Jacques in Dieppe is tamelijk oud. Men schijnt al in 1144 begonnen te zijn met de bouw in de toen zeer moderne gotische stijl. Hij werd gewijd aan St. Jacques, de man van de bedevaarten. St Jacques is dan ook afgebeeld tussen de beide toegangsdeuren, compleet met gespleten baard en met de schelp die ik zo goed ken van de Shell in zijn hoed. Dieppe was dan ook het punt op het vasteland vanwaar de Engelse boetelingen hun pelgrimstocht begonnen.
Maar in het noorden van Frankrijk zijn er maar weinig plaatsen aan het oorlogsgeweld ontkomen. Ook Dieppe niet. (Overigens de naam Dieppe betekent inderdaad diep). Een van de spectaculaire gebeurtenissen was de oorlog tussen Engeland en Frankrijk vlak na de glorious revolution van 1688 (u weet wel toen Willem 3 koning werd van Engeland en de Nederlanden eindelijk een bondgenoot hadden in Engeland. In 1694 viel een vloot Dieppe aan en vanuit zee was de toren van de église St Jaques goed te zien en te gebruiken als doelwit.
Later, veel later lag Dieppe maar een boogscheut af van de stranden in Normandië waar op D-day de bevrijding van West-Europa begon. De plaats kreeg zijn deel mee van die bevrijding. De kerk van St Jacques staat er nu nog steeds, de toren ziet er een beetje gehavend uit. Maar het lijkt weinig waarschijnlijk dat de biechtstoel die we tegen kwamen in een van de kapellen zijn schade heeft opgelopen tijdens een van de vele oorlogen in dit gebied.
Misschien was deze schade wel het gevolg van een zeer emotionele biecht.zo'n biecht waarbij de biechtvader in pure wanhoop over zoveel slechtheid van de biechteling zijn vuist door de wand heen steekt, of zo'n biecht waarbij de biechteling uit woede over de penitentie probeert de biechtvader door de wand heen te trekken.
Maar misschien was het wel veel prozaïscher en was de biechtstoel tijdens een verhuizing gevallen op de punt van een verhuiskist.
Je weet maar nooit.

donderdag 17 juli 2014

Bloemen

De telefoon gaat:
'Jaap, mijn kraan lekt. Kun jij even kijken wat ik moet doen? en hoe erg het is?'
Ik ga naar mijn buurvrouw op nummer tien, gewapend, als in oude tijden met mijn bahco. Bahco was de naam van de kleine Engels sleutel die ik toen ik nog machinist was altijd in een zak van mijn overall bij me had, net als mijn collega's trouwens. Bahco is ook een merknaam: om voor de hand liggende redenen de naam van de firma die de bahco maakte. Een 8 inch bahco. Een onmisbaar stuk gereedschap. Zeer geschikt voor het aandraaien van de wartelmoer die de meeste aftapkranen hebben. In veel gevallen is het aandraaien van die wartel genoeg om een lekkage te stoppen. Ook in dit geval. De buurvrouw keek me dankbaar aan. Haar probleem was verholpen.
Een week later belt ze weer.
'Jaap, een andere kraan lekt.'
Ik ging weer naar nummer tien. Maar nu ging het over de kraan boven het fonteintje. Wim had toegezegd er iets aan te doen, maar ze wist niet wanneer hij kwam en ondertussen liep de kraan maar door. Na enig heen en weer gepraat over de ernst van het euvel dat een kraan een klein beetje open stond boven een fonteintje, sloot ik de hoofdkraan maar af (toevallig de kraan die vorige week lekte). Opende de kraan met de bahco, zoals gezegd een haast onmisbaar stuk gereedschap, en de buurvrouw ging op pad voor een vervangend onderdeel (het klephuis). Toevallig had de doe-het-zelf zaak zoiets. Het paste ook nog, dus een uur na haar telefoontje was de lekkage weer verholpen.
De buurvrouw bracht nog een drie kwartier later een bos bloemen op het moment dat Anneke thuis kwam. Die ging onmiddellijk met de buurvrouw in discussie. Het was hardstikke leuk die bloemen, maar ook onpraktisch, want wij zouden de volgende dag met vakantie gaan. Vond de buurvrouw het goed dat we de bloemen bij de buurvrouw op zeven zouden neerzetten, want die zou ook de post binnen brengen en Anneke zou daar vanmiddag naar toe om te bridgen. Dat werd geaccepteerd.
Anneke ging zich voorbereiden op de afspraak op zeven, toen ze zag dat er op de telefoon was ingesproken. He bleek dat de bijeenkomst op nummer zeven was verplaats naar een andere deelnemer. Daarvoor had Anneke zich al beneden moeten melden. Ze vertrok haastig. De bloemen bleven op tafel liggen. Ik besloot ze voorlopig maar in een vaas met water te zetten. Om zes uur kwam Anneke weer thuis samen met de buurvrouw van zeven.
Ik kom de bloemen halen, zei ze.
We konden rustig met vakantie.


dinsdag 8 juli 2014

U moet, zei de dokter

De cardioloog constateerde dat het hart van Anneke uitstekend functioneerde. Dat was natuurlijk een zorg minder, maar gaf geen antwoord op de vraag waarom Anneke zo'n periode van vermoeidheid had gehad, maar misschien was dat een vraagstuk waarvoor je niet een cardioloog in moet schakelen. Wel, zei hij, uw bloeddruk is te hoog, daar moeten we wat aan doen. Daar moeten we wat aan doen. Ik zweeg, maar zit bij deze categorische uitspraken altijd met de vraag: waarom eigenlijk? En ik moest denken aan de opmerkelijke discussie op de 80e verjaardag van Adri. Daar gebeurde dit: (voor hen die de familie niet kennen: Adri, Cobie, Free en Ankie zijn mijn zussen, Ben en Janchris mijn broers).
Het leek een beetje overdreven om deze eerste pinksterdag - het was een curieuze samenloop dat dit jaar Cobie met Pasen, Janchris op Hemelvaart en Adri met Pinksteren jarig was - al om negen uur bij Adri binnen te stappen. Dat had overigens gekund want we hadden de nacht doorgebracht in het Amrath-hotel in Alkmaar en waren dus dichtbij. Het hotel was zo vol dat de gasten werd verzocht om in twee of drie ploegen te ontbijten en Anneke had de vroege ploeg genomen, de ploeg die al om acht uur kon beginnen. Wel zo vroeg was het ontbijt nog niet helemaal klaar, maar desondanks stonden we al voor negen uur op de stoep. Het lag voor de hand om even de de stad Alkmaar in te lopen. Het was maar een paar honderd meter van het hotel naar de grote kerk, maar toen we die afgelegd hadden en om de kerk heen naar de volstrekt lege markt keken zei Anneke: Ik wil eigenlijk nog wel even naar het strand. 
Even later waren we op weg naar Egmond. De weg zelf was niet zo erg druk, maar schijn bedriegt, want vrijwel alle parkeerruimte dicht bij het strand was al bezet. Het was prachtig weer. Trouwens al meer dan een week: we zaten in een hoge druk gebied dat nauwelijks van plaats veranderde en het slechte weer op afstand hield. Het strand liep dan ook al aardig vol. We liepen een stukje langs het strand en zagen hoe de mensen zich hier geleidelijk installeerden met halve tentjes tegen de zon en de wind, zich insmerend met zonnebrandcrême, spelend met de kinderen; koffie, thee, bier en cola drinkend en kletsend met elkaar terwijl ze zich languit op strectchers uitstrekten. Als je mensen ziet aan het strand dan twijfel je nauwelijks meer: de natuurlijke habitat van de mens is het strand, de rand van de zee, een meer of iets dergelijks. We namen een kop koffie, keken een half uur naar de passerende zwemkleding en liepen terug naar de auto. 
We kenden de weg hier nog ook al was het bijna veertig jaar geleden dat we hier met onze kinderen naar het strand kwamen en ook al is de accommodatie voor de strandgangers in de loop van de jaren sterk uitgebreid. Hoewel het nog steeds vroeg was hadden we het gevoel dat we langzamerhand wel bij Adri konden aankomen. Adri toonde zich niet erg verwonderd en constateerde dat ze zelf al heel vroeg was opgestaan. Ze was al om vier uur wakker geworden en had liggen denken wat ze allemaal moest doen om de notentaart die ze in haar hoofd had te bakken. Ze bedacht dat ze in plaats van te liggen denken net zo goed kon opstaan en maar gaan bakken. Dan kon ze daarna nog wel weer gaan slapen. En zo had ze de notentaart voorbereid totdat hij in de oven moest. Voor het bakken had ze twee recepten: het ene zei dat ze een uur moest bakken, het andere 25 minuten. Ze besloot uit te gaan van de minimum tijd, maar was er toen ze na 25 minuten de ovendeur opendeed niet zeker van dat de taart nu goed gaar zou zijn. Ze startte de oven opnieuw voor nog een extra vijf minuten, maar dat werd de taart fataal. Toen ze weer terug kwam bij de oven kwam de rook er uit: de taart was geheel verkoold. 
Wat nu? Adri bedacht dat het weliswaar zondag was maar dat in Egmond op zondag Albert Heijn altijd open zou zijn. Zo kwam het dat ook Adri al om half tien in Egmond rondliep; ze kwam tot de 
ontdekking dat Albert Heijn op 2e pinksterdag open zou zijn en bijgevolg op deze zondag de winkel dicht zou houden. Op de terugweg naar Heiloo schoot het Adri te binnen dat ze vermoedelijk de ingrediënten voor een chocolade taartje in huis had en toen ze weer thuis was ging ze daarmee aan het werk. Inderdaad ze had bijna alles in huis alleen geen koffiepoeder, maar in plaats daarvan kon ze net zo goed nescafé gebruiken. 
Terwijl we luisterden naar de details van het chocoladetaartje viel m'n oog op het bloemstuk op de tafel; het was een groot bloemstuk maar met de opvallende anthuriums kwam het mij over als een boeket dat beter op zijn plaats was bij een begrafenis dan bij een verjaardag; ik besloot voor deze keer mijn mond dicht te houden. Het was inderdaad wel een enorm bloemstuk. Ondertussen stond Anneke op om Adri te helpen met koffiezetten en ging de bel. Bij Adri net als bij ons wordt de voordeur op afstand bediend als de bezoeker is gescreend. Er is altijd een onzeker moment in deze situatie. Ik merk dat bij ons ook. De bel gaat, het kleine schermpje bij de deuropener licht op, de bezoeker wordt zichtbaar en ik druk op de knop om de deur te openen. Dat kan ik nog net zien. Dan verdwijnt met het beeld ook de bezoeker. 
Is de bezoeker nu binnen? Of heeft hij de geopende deur net gemist? Of weet hij niet wat er nu moet gebeuren? Soms gaat dan ook na verloop van tijd de bel nog een keer. Blijkbaar werkt dat soort onzekerheden ook bij Adri. Maar deze bezoeker was bekend met de situatie.
Free kwam binnen. 
Kijk zei Adri, wat vind je van mijn graftak - wijzend op het bloemstuk dat op tafel lag. Blijkbaar had ze dezelfde associatie gehad als ik. 
Die man van de bloemist was heel aardig, hij heeft de bloemen in die schaal gedaan en vervolgens zei hij: mevrouw laat u dat maar aan mij over ik zet hem ook wel op tafel, want die bak is veel te zwaar voor u, maar ik moet hem wel even afvegen want hij is een beetje nat. En zo waren de anthuriums in hun betonnen bak op het tafeltje in het midden van de kamer terecht gekomen. 
Van wie heb je die? vroeg Free.
Van de stichting De Einder, hetgeen enige hilariteit wekte; er zijn van die dingen die je haast niet bedacht kunt krijgen. 
Terwijl wij van koffie werden voorzien en Adri de pakjes uitpakte die ze van Free had gekregen en die een voorbereiding moesten vormen voor vakantie die ze samen zouden houden ging het gesprek 
over sudoku en schilderwerk, wat ze goed samen konden doen. De bel ging weer en Ben kwam binnen en even later kwamen ook Ankie en Gerrrie. 
Het zal nog wel even duren voor Cobie er is, zei Adri, want die moet eerst naar de kerk. 
Het liep ondertussen tegen half twaalf. Adri haalde een map met tekenpapier te voorschijn en liet haar recente schilderwerk zien. Ze had blijkbaar al een dertig jaar les in een schilderclubje, maar had niet het gevoel dat ze veel beter werd. Ben constateerde dat hij het praten over kunst eigenlijk allemaal onzin vond: kunst moest je doen. Adri en Free die allerminst het gevoel hadden dat ze kunst produceerden zeiden dat ze eigenlijk alleen maar schilderden omdat ze het leuk vonden om hun schildersspullen mee te nemen en ergens in het gras te gaan zitten en een tijdlang dingen te schilderen. Daar was Ben het mee eens, hij haalde een envelop met foto's uit zijn zak en liet die zien. Het waren foto's van de kar-kist die hij gemaakt had en die, zei hij, nu geleend kon worden, onder de strikte voorwaarde dat hij weer werd teruggebracht. Adri realiseerde zich onmiddellijk dat Ben wel het uitlenen aan deze voorwaarde kon verbinden, maar dat hij daarmee nog geen garantie had dat de kar ook weer werd terug gebracht. 
Het gesprek kwam weer op de anthuriums want ook Ankie had het gevoel dat deze bloemen niet helemaal bij de gelegenheid pasten. Van de stichting De Einder, zei Adri en als vanzelf kwam de 
discussie op euthanasie. 
Ze zouden, zei Ben, op dat stukje grond vlak bij mijn huis, een fabriek moeten bouwen waar mensen vanaf hun zeventigste zich vrijwillig zouden kunnen aanmelden als ze dood willen. 
Ik vroeg of het niet eenvoudiger zou zijn om mensen toegang te geven tot de pil van Drion. 
Het gezelschap waarmee ik te maken heb zal wel niet representatief zijn, maar ik heb het gevoel dat de oudere mensen die ik ontmoet meestal zelf willen kunnen bepalen op welk moment ze willen sterven. 
Het is gek, zei Ben, we hebben een probleem van overbevolking en tegelijkertijd een minister die vind dat er meer kinderen moeten komen. 
We zijn met zijn allen natuurlijk idioot bezig zei Adri. Ik kwam in het ziekenhuis en daar lag op een afdeling een groep mensen van boven de negentig die een bloedtransfusie kregen om voldoende 
weerstand op te bouwen om de volgende chemokuur te kunnen doorstaan. Waar zijn we nu helemaal mee bezig? We hebben de vrijheid om van alles te doen, we kunnen beslissen om een baan te 
nemen die vanuit milieu-oogpunt volstrekt onverantwoord is. We mogen besluiten om kinderen te krijgen ook al zijn we niet in staat om ze op te voeden. We mogen alles totdat we oud zijn en 
dan wordt er plotseling om volstrekt onbegrijpelijke redenen een grens getrokken: dan mag je niet meer zelf beslissen of je nog verder wilt. 
Ik heb aan mijn huisarts, zei Ben een zelfmoordmethode voorgesteld: ik wacht tot het tien graden vriest en ga dan bloot op een stretcher in mijn tuin liggen. De dokter vond het een beetje vreemd, maar eigenlijk is het enige wat je nodig hebt wat discipline.
Ik denk,zei Ankie, dat het verstandig is dan eerst een slaapmiddel te nemen. 
Niemand leek geschokt door de voorstellen van Ben, maar wel was men van mening dat het wellicht tegenover de huishoudelijke hulp niet zo aardig was als ze Ben op die manier zou vinden. Dat is 
wel waar, dacht Ben, maar als ik doodga wordt ik toch op de een of andere manier gevonden, dus veel verschil zal het niet maken. Cobie kwam binnen. Nadat ze van koffie en taart was voorzien - 
overigens niet een stuk van het chocoladetaartje - zei ze, ik had dit weekend drie begrafenissen, maar ik ben nog steeds bezig met de begrafenis van gisteren: we hadden een man die naakt begraven werd. Dat naakte lijk stond de hele uitvaartdienst voor in de kerk. En ondertussen moesten we zingen van toen wij uit Rotterdam vertrokken. Toen ze vonden dat het lijk ook nog langs het Feijenoord stadion moest worden gevoerd vond ik het eigenlijk wel genoeg. Je maakt tegenwoordig van alles mee. 
Tja, zei ik, ik hoorde van de week dat iemand de as van een vriend in de Mark in Breda had verstrooid. Dat mocht niet, maar ze hadden het stiekum gedaan.
Anneke zei, ze vonden alleen dat er zo veel as was, maar het zal wel zo zijn dat de kist wordt mee verbrand. Eigenlijk is dat ook een sterk milieuvervuilende activiteit. Ach zei Ankie, we hebben 
de as van Dolf op de Lochemerberg uitgestrooid; het kostte wel wat moeite om Arne in te laten stemmen. Die moest zich er eerst van overtuigen dat er geen milieu-kwalijke stoffen in zaten, hij 
zit niet voor niets in het waterbeheer. Maar het was inderdaad een heleboel as. 
Gerrie dacht dat daar wel wat op te vinden moest zijn: je kon bijvoorbeeld werken met een losse bodem van de kist, dan kon je de rest van de kist nog weer gebruiken. Moslims worden ook niet in een kist begraven. 
Ik had het gevoel dat de gesprekken met mijn broers en zussen steeds vaker gaan over doodgaan en de eindigheid van het leven. Ik heb niet de indruk dat men er erg over inzit. En als men ergens over inzit dan vermoedelijk meer over het sterven dan over het dood zijn. Ankie zei: Ik ben van de week naar een regio bijeenkomst geweest van de NVVE, daar kwam ook naar voren dat er veel mensen bang zijn omdat ze het moment van hun dood niet zelf kunnen bepalen. 
De meeste van mijn broers en zussen geloven niet erg in een hiernamaals, of zou Cobie daar wel in geloven? Vermoedelijk minstens voor de vorm. Maar ook van haar krijg ik niet de indruk dat het er veel toe doet. En dus kan men er over lachen hoe mensen zich daarmee bezig houden en zijn de gesprekken in het algemeen luchtig en nuchter. Maar algemeen is de afkeer en wrevel over de rol die de overheid speelt en die uiterst bemoeizuchtig is... 

Anneke kreeg van de cardioloog een pilletje voor geschreven dat ze nu tot het einde van haar dagen moet slikken. 

zaterdag 28 juni 2014

Eenvoudig vermaak

 

DSC02468

Na de verbouwing van onze liften voegden we aan de uitrusting een eenvoudig mededelingenbordje toe. Dat bordje werd geleverd met een viltstift en vier magneetjes. Mijn verwachting was dat de viltstift tot een tamelijk slordige uiteenzetting van kreten en uitroepen (grafitti) zou kunnen leiden. Die hielden we dus zorgvuldig buiten de lift. Van de magneetjes was te verwachten dat ze na een eenmalig gebruik zouden verdwijnen. Daarom namen we de magneetjes weer in na het gebruik bij de eerste mededelingen (over het onderhoud van de lift). Maar in een gemeenschap als de onze, waarin het gemeenschappelijke met name zit in het gebruik van de lift, hebben sommige dingen een eigen leven. De mededeling van liftonderhoud kan verdwijnen zodra de monteur weg is en zie: de monteur verwijderde het papier zelf en liet de magneetjes zitten. Het duurde niet lang of we lieten op de mededelingen bordjes de magneetjes maar zitten. En dat bleek aanleiding tot een nieuwe kunstvorm: hun aanwezigheid vormde voor deze en gene een aardige gelegenheid om met de magneetjes te spelen. Het aardige van zo’n liftsituatie is dat iedereen de situatie die hij of zij aantreft als uitgangspunt neemt en in zijn rit naar boven of naar beneden een of meer van de magneten kan verplaatsen. Er ontstaat een discussie op basisniveau in eenvoudige patronen. Niemand zegt iets maar steeds worden de magneetjes verplaatst. Twee magneetjes met een doorzichtige kop en twee kleinere met een blauwe kop. Nu eens vormen ze een rechthoek dan weer een rechte lijn, soms in v-vorm, steeds anders. Je kunt er (zie foto) ook de mascotte hamstertjes van het wk—voetbal aan hangen.  En wonder boven wonder de magneetjes blijven in de lift…

Stille creativiteit en eenvoudig vermaak. 

dinsdag 3 juni 2014

Limerick

Het St Jans Hospitaal in Brugge in het centrum van de stad is omgebouwd tot museum, waar rond deze tijd een tentoonstelling was gewijd aan Hans Memling. Memling schilderde in de 15e eeuw in Brugge. Het was voor ons aanleiding om op onze reis naar Esquelbecq een paar uur in Brugge door te brengen. De tentoonstelling van Memling omvatte overigens slechts zes werken. Hoogtepunt is de triptiek met Johannes de Doper (zijn onthoofding) en Johannes de Evangelist (zijn visioen) en daartussen het huwelijk van Catharina met Jezus.
Na dit bezoek slenterden we verder naar de Markt om minstens even oog in oog te staan met het belfort van Brugge en een hapje te eten. Toen we ons rond draaiden viel het oog op een reisboekhandel. Boekhandels hebben altijd een onweerstaanbare aantrekkingskracht. We liepen dus de winkel in maar zagen tussen de reisgidsen niet iets dat ons bijzonder boeide. Tot we de kassa passeerden op onze weg naar de uitgang. Daar lag een boekje met als titel There was an old Geezer called Ceasar. Een wereldgeschiedenis in limericks. Echt een boekje voor mij dus: ik heb een voorliefde voor limericks en een belangstelling voor de geschiedenis.
Ik maakte tegen de verkoopster een opmerking in die zin, terwijl ik een tientje uit mijn portemonnee haalde om te betalen.
'Nou, zei ze, 'dan hebt u hier weer een stimulans om ook wat te maken.'
'Mm, dat klinkt haast als een uitdaging: Er was eens een juffrouw in Brugge...'
'Ja, zoiets, maar dit is niet genoeg,' zei zij weer, wijzend op mijn tientje.
Ik betaalde het tekort bij en zij pakte het boekje in. 'Als u wat maakt, mijn e-mailadres zit in het boekje.'
We groetten en liepen de zaak uit. Aan de lunch bladerde ik eens door de geschiedenis.

         Old Masters
There were some old folks in Lascaux,
A terribly long time ago
Who drew on the walls
Of there cavernous halls
Why they did it, we don't rightly know

Aardig, maar zonder het dubbelzinnige vaak ronduit scabreuze karakter van de echte Engelse limerick.
Ik bleef nog wat broeden op mijn juffrouw uit Brugge. Maar veel veelbelovende rijmwoorden voor Brugge kon ik niet vinden. Uiteindelijk kwam ik tot:

Een mooie verkoopster in Brugge
Niet slechts in 't verkopen een vlugge
Zij bleek ook zeer alert
Toen het betaaltijd werd, 
Ze is echt niet gek daar in Brugge. 

Toen ik dit product per e-mail naar Brugge stuurde, kreeg ik haast per kerende post een bedankje met de verontschuldiging, dat het toch echt alleen maar als grap bedoeld was.