zaterdag 17 juli 2010

Kerken

Als we naar Benna gaan kiezen we meestal een route die vanaf Poperinghe via binnenwegen naar Esquelbecq leidt. We passeren dan St Jan ter Biezen, Wattou, Houtkerque, Herzeele en Wormhout, allemaal kleine dorpjes met hun eigen kerk. Deze keer kreeg ik weer een idee. Je zou er een project(je) van kunnen maken: een verzameling foto's van de kerkjes in dit gebied. Vandaar dat we vanmorgen tegen elf uur in de auto zaten en koers zetten naar Ledringhem en vandaar naar Zermezeele, etc., kerkjes met niet veel bijzonders, een meestal korte toren en een kerkhof aan de voet van de kerk. In Ochtezeele, een plakette in de muur van de kerk dat in dat dorp een heemkundige was geboren. Het bijzondere van de plakette was dat hij in het Nederlands was gesteld. Alle kerken waren echter gesloten. In Arnèke vonden we dat het tijd was voor de lunch en daarvoor trokken we naar Cassel. We zetten onze auto bij de kerk en liepen naar restaurant Le Sauvage, dat een salle panoramique had, vanuit die zaal hadden we inderdaad een prachtig uitzicht over het dal. Maar het aantal gasten was klein: buiten ons was er nog één paar: een man die constant op een moppertoon zat te praten en zijn onverstoorbaren partner. De man bestelde een gigot d'Agneau, maar toen die kwam bleek dat hij niet goed was; de gigot werd terug gestuurd naar de keuken. Dat gebeurde ook met de tweede. Een curieuze vertoning. Naderhand bleek dat het restaurant de Gigot op zondag in een speciale vorm gesneden werd opgediend. De man had daarover van te voren gebeld, maar het restaurant had kennelijk aangegeven dat zaterdag niet zondag was en dat de speciale Gigot dus niet zou worden opgediend. Hij werd ook niet oggedien. De man had zijn autoriteit wellicht wat overschat. Nu weigerde hij te eten en liep het restaurant uit, terwijl zijn partner onverstoorbaar haar maaltijd nuttigde.
Le Sauvage was in de 1e wereldoorlog gedurende enige tijd het hoofdkwartier van maarschalk Foch. Voordie tijd was het een soort kostschool geweest voor meisjes. Het leek me typisch de ruimte waar een maarschalk zich op zijn gemak zou voelen.
Na onze uitgebreide lunch gingen we verder via Steenvoorde, Houtkerque en Herzeele. Toen had ik voor één dag wel genoeg hallenkerken gezien.

dinsdag 13 juli 2010

Stamkroeg

Latte's and Litterature heeft niet echt de inrichting en het karakter van wat je je voorstelt van een stamkroeg. Misschien moet je L&L wel beschrijven als een tearoom. Het is een onopvallende gelegenheid in de Nieuwstraat. Je kunt er koffie en thee en frisdranken drinken - inclusief zoals me dezer dagen bleek - milkshakes. Er staan een paar zeer gemakkelijke fauteuils en wat minder gemakkelijke hoge stoelen met bijpassende tafeltjes in donker hout. Het belangrijkste van L&L is echter dat het Engelstalige boeken verkoopt. Anneke en ik spreken regelmatig af bij L&L, zakken genoeglijk weg in de rustige stoelen en nemen wat te lezen. Vaak is onze afspraak daar rond het middaguur zodat we daar ook iets te eten nemen voor de lunch: een sandwich.
Behalve de boeken die ter verkoop in de kasten staan zijn er ook boeken die gelezen kunnen worden door de gaande en de komende man (of vrouw). Als ik daar zit wachtend op de komst van Anneke neemk ik vaak zo'n leestafel boek ter hand. Ik krijg natuurlijk nooit de gelegenheid om zo'n boek uit te lezen, want mijn wachttijd is meestal binnen enkele bladzijden om. Deze week opende ik op deze manier een dun boekje van Stephen King - een uit een serie van the Green Mile -, waarvan ik de titel natuurlijk alweer vergeten ben. Maar die titel doet er ook niet zoveel toe als ik toch niet de gelegenheid krijg om het verhaal uit te lezen. Dit verhaal begon met het verhaal van een oudere man die er door zijn kinderen van overtuigd werd dat het voor zijn bestwil was dat hij in een zorgcentrum trok. Op deze manier raakten zijn kinderen af van een probleem dat liep en praatte.
Maar het zorgcentrum was een gevaarlijke plaats: mensen takelden daar uitermate snel af. Meestal kwamen ze binnen terwijl ze nog tamelijk goed waren (ze liepen wat ongemakkelijk, waren wellicht niet meer helemaal continent en ze hadden nog wat andere kwalen, maar verder waren ze toch nog aardig goed. Maar al na korte tijd moest je ze uitleggen dat de mensen die hen bezochten hun kinderen waren en hoe die heetten, en nog niet veel later moest je ze vertellen wie ze zelf waren...
Veel verder ging het verhaal niet want toen kwam mijn afspraak binnen.
Het beeld dat King schetst is niettemin zeer herkenbaar. Ouder worden heeft zijn beperkingen, maar zoals iemand vanmiddag zei: het is daarbij een genot om de ontwikkeling te kunnen volgen van je kleinkinderen. Het is een genoegen om iets mee te krijgen van de dingen waar je kleinkinderen mee bezig zijn, hoe zij hun wereld inrichten.

donderdag 1 juli 2010

Zus

Mijn zus zit in een verpleeginrichting in Den Haag, na iets wat ik, als leek, zou benoemen als een herseninfarct. De gevolgen van het infarct waren ingrijpend: een totale verlamming aan de rechterzijde en een vrijwel volledige afasie. Het infarct vond plaats in september 2009. Inmiddels zijn we 10 maanden verder. De verlamming laat geen verbetering zien, maar de afasie lijkt geleidelijk minder ernstig te worden. De afasie heeft twee gezichten. Het ene heeft betrekking op het onvermogen woorden uit het geheugen op te diepen, het andere op het vermogen het spraakvermogen te bedienen. Voor de buitenstaander is het moeilijk vast te stellen door welke van de twee aspecten het resultaat het meest wordt beïnvloed. Het is echter zeer moeilijk vast te stellen in welke mate mijn zus haar geheugen kan aanspreken.
In ieder geval kunnen we constateren dat mijn zus sinds het begin van dit jaar iedere keer dat ik haar bezoek meer woorden tot haar beschikking heeft en van die woorden van tijd tot tijd ook hele zinnen weet te maken. Dat geeft haar grote voldoening. Het gevolg is dat communicatie iedere keer wat gemakkelijker gaat en er steeds meer onderwerpen komen die kunnen worden aangesneden.
Vandaag kon ik haar vertellen van onze ontmoeting met iemand die in Curacao woont, waar mijn zus 50 jaar geleden vijf jaar heeft gewerkt in een zeemanshuis. Op mijn vraag of dat zeemanshuis er nog was, zei ze nee. Het kostte haar daarna een hele tijd om aan te geven dat er in dat zeemanshuis een misdrijf had plaatsgevonden en dat het zeemanshuis in 1968 was gesloten. Een opmerkelijk bewijs dat er veel herinneringen aanwezig zijn.