zaterdag 19 maart 2022

Alles is anders: behalve verkiezingen

De grote klacht na het bekend worden van de uitslag van de gemeenteraaadsverkiezingen van 2022 was de lage opkomst van de kiezers. De lage opkomst is problematisch, hij laat zien dat de kiezer weinig interesse vertoont voor het gebruik van zijn stem. Het kan natuurlijk ook betekenen dat de kiezer redelijk tevreden is over het resultaat van het politiek geharrewar, hoewel dat niet zo voor de hand ligt als we letten op het vele protest tegen het 'overheidsbeleid'. Een ding verbaast me iedere keer: het feit dat we de maatschappelijke verandering niet door laten werken in de manier waarop we onze democratie inrichten. Laten we eens kijken. Het is inmiddels een leuk spelletje voor opa, zijn kinderen en kleinkinderen: Weet je nog wat dit is? Een band-/cassetterecorder. Wat kon je daarmee? Waarom doe je dat fototoestel weg? Je kunt er geen films meer voor krijgen. Films? Opa we zijn net op wintersport geweest. O, ja? Wintersport? Wat doe je tegenwoordig? Ik ben visagiste. Wat?? Hoe betaal je dat? Met de betaalapp. De maatschappij waarin wij leven is in elk opzicht veranderd. Wat de samenstelling van de bevolking betreft, haar religieuze oriƫntatie, nationale achtergrond, enz. De middelen waarmee we onze levens inrichten: woningen, isoleren, elektrische voorzieningen, communicatiemiddelen, digitale uitrusting, alles is veranderd. De mensen zelf zijn veranderd in de manier waarop ze met elkaar omgaan, de problemen die van belang zijn, hun nationale en internationale oriƫntatie. Een ding is gelijk gebleven: de manier waarop wij onze vertegenwoordigende lichamen in het leven roepen en onderhouden. In 1956 werd voor het laatst de Tweede Kamer uitgebreid van 100 naar 150 zetels. Dat was met een bevolking van bijna elf miljoen mensen. Nu ruim 65 jaar later moeten die 150 kamerleden een bevolking vertegenwoordigen die ruim 60% groter is dan toen. En dat in een wereld waarin de technologie vrijwel ons gehele dagelijks leven beheerst. Technologie die voor het grootste deel volledig onbekend was in 1956, maar die wel onze nationale en internationale relaties bepaalt. Die groeiende technologie betekende ook een toename van het aantal kennisgebieden en disciplines, waar men toen geen weet van had. En dat betekende weer dat een groot deel van de bevolking is opgekomen in beroepen die toen nog niet bestonden. Hoe wordt dit deel van de bevolking vertegenwoordigd in onze volksvertegenwoordiging? Gelukkig hebben we nog wat overblijfselen uit een voorbije era: Partijen zijn rechts of links, meer rechts of minder links. In die verdeling past het vermoedelijk om wel of niet voor windmolens of kerncentrales te kiezen. Door dezelfde procedure voortdurend toe te passen komt wonder boven wonder ook steeds hetzelfde groepje aan de macht. Met dezelfde beperkte blik op de maatschappij. Hun afstand tot wat wij de maatschappij noemen lijkt steeds groter te worden. Is het vreemd dat in de gemeenten lokale partijen een kanaal menen te zien waarlangs zij zich wel vertegenwoordigd voelen? Is het vreemd dat de opkomst maar laag is? Overigens: In 1970 werd in Nederland de opkomstplicht afgeschaft. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van dat jaar scoorde Breda een opkomst van 54%.