maandag 28 februari 2011

Amerika 2

Ik had het gisteren over de gedwongen verkoop van huizen als strategie van de eigenaren. Het denken over schulden maken is hier vermoedelijk al lang iets anders dan in Nederland. Het gebruik van creditkaarten is hier zo volledig ingeburgerd dat er nauwelijks nog cash betaald wordt. Het komt dan ook regelmatig voor dat mensen de limiet op hun creditkaart overschrijden. Geen nood: men meldt zich aan bij een andere creditkaart maatschappij en geeft daar gewoon verder geld uit. Het kan dan ook nauwelijks anders of er zijn mensen die nooit meer in staat zijn hun schuld af te betalen. In deze tijd zijn er echter ook ontwikkelingen die een andere kant op lijken te gaan. Op dit moment zijn er benzinepompen die de voorkeur geven aan kasontvangsten en hun benzine daarom $ 0,04 tot $ 0,10 goedkoper leveren aan mensen die cash betalen.
De betalingsmoraal van de huiseigenaren zal vermoedelijk wel ondermijnd zijn door de agressieve manier waarop leningen werden verstrekt sinds ruwweg 2005. Ik las van een aardbeienplukker met een jaarinkomen van $14.000,- die er geen moeite mee had om een lening te krijgen op een huis van meer dan $750.000,-. De productie van nieuwe hypotheken en leningen in die periode werd zodanig opgeschroefd dat aan de controle op de kredietwaardigheid van de leners nauwelijks aandacht werd besteed. Dat kon min of meer goed gaan zolang de waarde van de huizen bleef stijgen. Maar toen de economie wat slechter ging draaien en steeds meer huiseigenaren hun schulden niet meer konden betalen, zakte het hele systeem min of meer in elkaar.

zondag 27 februari 2011

Auto wassen

Ga je mee, zei Freerk, ik ga even mijn auto wassen. We reden een heel eind en kwamen bij de Pelican wasstraat. We stapten uit en geven de auto in handen van de wasploeg. Voor mij een verbazingwekkend verschijnsel. Tenminste 5 man begon de auto in te zepen en te wassen in een soort lopende band, waarbij na enige tijd de auto uit zicht verdween en aan de andere kant werd op gevangen door de ploeg die de auto aan de binnenkant zou schoonmaken: stofzuigen, bekleding afnemen, ruiten schoonmaken en de auto voorzien van een geurtje naar keuze (Freerk koos voor de geur: nieuw). Per auto waren twee man bezig met deze werkzaamheden. Al met al was toch een man of zeven bezig met het schoonmaken van de auto. Iets wat ik in Nederland nog niet heb gezien. De mensen die dit werk doen komen vooral uit Guatemala. Ze werken hard en zonder onderbreking, maar ze waren er naar mijn indruk tamelijk ontspannen mee bezig. Een geweldig arbeidsintensieve bezigheid.

Amerika

De Palm Beach Post is de ochtendkrant die iedere ochtend bij Betty en Freerk op de oprit wordt neergegooid, verpakt in een plastic hoes tegen waterschade. Het is een krant in een voor Nederlandse ogen opmerkelijk langwerpig formaat en verdeeld in een aantal vaste katernen. Een van de regelmatige topics is het verloop van de huizenmarkt die net als overal in de VS niet erg goed is. Een van de economisch minder gunstige verschijnselen is de gedwongen verkoop van huizen in gevallen waarin de eigenaren in gebreke blijven de hypotheeklasten te betalen. Vanmorgen gaf de Palm Beach Post een artikel over deze gedwongen huizen verkoop als strategie van de eigenaren die weigeren nog langer de torenhoge lasten te betalen op een huis dat sterk in waarde is gedaald. De waarde daling is inderdaad opmerkelijk. Naar schatting is de waarde van 72% van de woningen minder dan de helft van de waarde in 2006. Het echtpaar dat als voorbeeld wordt genomen had in 2004 een huis gekocht voor $ 585 000, waarde nu: $ 319 000. De rest van de eerste hypotheek was nog $ 525 000 en van de tweede hypotheek nog $ 245000. Het paar kon de lasten van $ 5200 per maand gemakkelijk opbrengen. Maar koos voor gedwongen verkoop. Het artikel constateert dat wat in het bedrijfsleven niet ongebruikelijk is: faillissement om van de schulden af te komen en elders opnieuw te beginnen, nu blijkbaar door de consumenten ook is ontdekt. Is dat ethisch acceptabel?

Vliegen 3


Vrijdag had Freerk opnieuw zijn Cessna gereserveerd en nu ging Anneke weer mee. Hier vandaan dat was al eerder gebleken, zijn de weersomstandigheden rond het vliegveld niet goed te beoordelen. Ik wachtte dus maar af of ze na korte tijd weer terug zouden zijn. Toen dat niet het geval was kon ik aannemen dat ze inderdaad waren opgestegen. Maar ik verwachtte er niet veel van om naar boven te kijken, want Freerks voornemen was om cross-country te vliegen als dat mogelijk was als volgende stap in zijn vliegopleiding. En cross-country zou de andere kant uit zijn naar het westen. Toen ze na een paar uur weer terug waren bleek cross-country niet zo eenvoudig: west van het Okeechobee-meer hing zware mist. Maar ze waren dus wel degelijk over dit huis gevlogen, wat moge blijken uit de volgende foto: net onder de vleugelsteun bij de 1 op de foto is het huis van Betty en Freerk.

donderdag 24 februari 2011

Flagler museum


Sinds we met een zekere regelmaat in Florida komen, komen we ook de naam Henri M. Flagler tegen. Flaglerstreet in Miami is het punt vanwaar de straatnummering begint. Maar veel meer dan dat Flagler in feite degeen was die de ontwikkeling van Florida mogelijk maakte met o.m. de aanleg van de Oost-Florida-spoorlijn was me tot nog toe niet bijgebleven. Die spoorlijn was ondertussen een spectaculair stukje werk: hij liep helemaal tot Key West via een lange brug die de serie eilandjes van Key West tot het vasteland van Florida met elkaar verbindt. Maar in Palm Beach is een heus Flagler museum, waaraan we gisteren een bezoek brachten. Flagler museum blijkt het huis te zijn dat Flagler in 1902 met de naam Whithehall liet bouwen voor zijn derde vrouw. Een aardig optrekje met een oppervlakte van ca 6500 m2. Het ademt de nostalgie naar de 18e eeuwse franse adel. Op de begane grond de grote hal met een ovale plafondschildering en daarnaast de bibliotheek, de biljartkamer, een muziekkamer, een soort binnentuin, met een uitzicht op het water van Lake Worth, en aan de andere kant de ontbijtkamer, de eetkamer, de zitkamer (er moet ook nog een keuken geweest zijn, maar die werd opgeofferd toen het huis werd omgebouwd tot hotel). De verschillende kamers waren alle verschillend gedecoreerd met motieven die ik, als leek, zou zien als afkomstig uit de pruiken tijd van Lodewijk de 16e.
Boven zijn zo'n 18 slaapkamers (als ik het goed onthouden heb) je vindt daar bijvoorbeeld naast de masterbedroom suite, de groene kamer de blauwe kamer, de rose kamer en de koloniale kamer. Zoals de namen aangeven: iedere kamer in zijn eigen stijl. Alles met een haast wellustig vertoon van rijkdom. De Flaglers verbleven hier vaak wel twee weken per jaar. Waar had deze Flagler eigenlijk zijn geld vandaan? Veel werd duidelijk toen me bleek dat Flagler partner was van John D. Rockefeller bij het oprichten van Standard Oil. De oliemaatschappij die rond de tijd dat Whitehall werd gebouwd een monopolie positie had verworven in de V.S. Op de foto: een beeldengroep in de muziekkamer.

woensdag 23 februari 2011

Kunst en de kapper

Na mijn uiterst korte vliegtocht zondag restte ons nog een soort verplichting. Betty had aangegeven dat er een kunstmarkt zou zijn in Abacoa en Anneke en ik hadden vrijdag al kaartjes gekocht in de Gardens Mall, één van de weinige dingen waarvoor ik toen de energie op kon brengen. Maar nu zaten we met de kaartjes en voelden we ons min of meer verplicht ze ook te gebruiken. Dus zondagmiddag gingen we met de auto naar het parkeerterrein van Dwyers Highschool, dat eigenlijk hier vlak bij is. Maar wat heet vlakbij: naar schatting is het hek dat toegang geeft tot Magnolia Bay, ongeveer een halve mijl hiervandaan (ca 800 m). Vanaf die ingang tot aan Dwyers High School is mogelijk net zoiets. Vandaar naar Donald Ross Road en verder naar Central Boulevard waar de toegang tot de Artigraf was is denk ik nog eens anderhalf tot twee mijl, zodat al met al we een kilometer of zes, mogelijk 7 van de kunstmarkt af zaten. Vanaf Dwyers High School werden we met een shuttlebusje naar de kunstmarkt gebracht. De kunstmarkt was wat het woord zegt: een lange straat met stalletjes naast elkaar, waar verschillende vormen van kunst- resp. handvaardigheid ten toon werden gesteld en te koop aangeboden. Verschillende vormen variërend van schilderwerk, geborduurde foto's, glaswerk tot staalconstructies. Genoeg om een nieuw huis op een aardige manier opnieuw te decoreren; het was alleen jammer dat wij geen nieuw huis hadden. Meest imponerend vond ik zelf het breiwerk van krantenpapier. Imponerend door het geduld en het uithoudingsvermogen van de maakster die toch haar kluwens krantenpapier moest maken van in strookjes papier van ongeveer 6 millimeter breed. De strookjes werden al breiend met elkaar verbonden. Echt een karweitje voor de lange winteravonden.
We hadden een dergelijk kunstmarkt al eens eerder gezien in één van de plaatsen hier langs de kust. Maar uiteindelijk raakten we erop uitgekeken omdat er niets was waar we naar opzoek waren.
We hadden ook maandag naar deze kunstmarkt kunnen gaan, want maandag was Presidents Day, zoiets als koningingedag, maar dan anders, een dag waarop veel bedrijven gesloten zijn of tenminste minder activiteit ten toon spreiden, maar maandag was een dag waarop mijn energie min of meer tot een dieptepunt was gedaald: we hebben eigenlijk niets gedaan die dag.
Dinsdag was beter en kon ik mijn voornemen ten uitvoer brengen om naar de kapper te gaan. De kapper zit ook in Abacoa onder de naam Supercuts. Ik kwam er verjongd weer vandaan was het oordeel van mijn omgeving. In ieder geval was mijn snor nu weer zo getrimd, dat ik op normale manier koffie kon drinken.

dinsdag 22 februari 2011

Vliegen 2

Zondag was het zover. Ik stond al om kwart voor zeven onder de douche, maar toen ik in de kamer de gordijnen optrok (met afstandbediening) keek ik in een grijze wereld. Het zag er niet veel belovend uit. Toen Freerk een paar minuten later binnenkwam zei hij: dat houd je toch niet voor mogelijk! de hele week mooi weer en als wij zullen gaan vliegen heb je dit. Hij belde naar de automatische weermelding van het vliegveld en kwam tot de conclusie dat we op zijn minst een uur zouden moeten wachten voor de mist voldoende was opgetrokken. Tegen half tien gingen we alsnog. Eigenlijk verbaasde ik me opnieuw over de grote leegte van het gebied waar we door heen reden: de PGA-boulevard naar het westen lijkt grotendeels door niemandsland te gaan. Het was mooi weer toen we op het vliegveld kwamen, maar het duurde even voor Freerk zijn vliegtuig(je) had gevonden. De Cesna is inderdaad maar een klein toestel, meer een soort machine die je aantrekt dan iets waar je instapt. Toen we uiteindelijk zaten, zaten we schouder aan schouder klem tussen de wanden van de cockpit. En toen ik een zakdoek pakte (uiteindelijk was ik nog flink verkouden) duwde ik Freerk haast van zijn stoel af.
Nadat Freerk gecontroleerd had dat de dubbele stuurknuppel ook aan mijn kant voldoende bewegingsruimte had startte hij de motor en taxieden we naar de startbaan. En daar gingen we de lucht in. We draaiden naar het oosten in de richting waar dit huis moest liggen. Dat is helemaal niet leuk, zei Freerk, wijzend op de grote grauwe wolken vlak voor ons. We hadden geen uitzicht meer. en ik voelde me niet al te happy met de wiebelende bewegingen van het vliegtuig. Natuurlijk wist ik wel dat je naar rechts moet hellen als je de bocht naar rechts wilt maken, maar dat hielp niet echt. En ik hield me vast aan de rand rond de voorruit voor een gevoel van stevigheid.
Tja, zei Freerk, we kunnen nu toch nergens heen, want alles zit dicht. Wat wil je? Nog een beetje rond vliegen of zullen we hem maar aan de grond zetten?
Hij had natuurlijk mijn ongemak wel geregistreerd. Ik koos na enig nadenken en met de ogen op de inderdaad dreigende wolken voor ons ervoor om maar weer terug te gaan. Waarop Freerkde bocht naar rechts inzette en terugvloog naar het vliegveld. Kijk, zei hij zie je daar die twee lichten. Die geven aan dat we precies op de juiste aanvliegroute zitten. En even later landde hij met een vlekkeloze landing op de baan waarvan we eerst waren op gestegen. In totaal waren we tien minuten in de lucht geweest.
Dat is nou mijn hobby zei Freerk. In ieder geval een hobby met veel meer haken en ogen dan ik had verwacht. Zou het voor mij nog veel verschil maken als ik de stuurknuppel in handen gehad in plaats van alleen maar als bijzitter de bewegingen ervaren?

zondag 20 februari 2011

De dokter

Je zou, zei Freerk, kunnen overwegen om toch eens naar de dokter te gaan. Aanleiding was dat mijn verkoudheid maar bleef aan slepen en dat ik hoestend naar bed ging en hoestend weer opstond. Ik had er nog niet veel zin in want op dat moment - vroeg in de ochtend - voelde ik me relatief goed. Maar terwijl Freerk en Anneke naar de Publix gingen om boodschappen te doen, kreeg ik steeds meer het gevoel dat een bezoekje aan de dokter wel zin kon hebben. Tegen een uur gingen we op stap naar een soort medische noodpost, die overigen claimde 365 dagen per jaar open te zijn. We meldden ons aan de balie en moesten de nodige personalia opgeven en vervolgens moest ik driemaal mijn handtekening zetten,vermoedelijk met de bedoeling dat ik de medische post niet aansprakelijk zou stellen en $130 betalen. Daarna moesten we op onze beurt wachten en toen die kwam werden we in klein kamertje gelaten (Freerk ging mee om evt. vertaalproblemen op te lossen. Mijn bloeddruk, mijn hartslag en mijn temperatuur werden opgemeten en mijn medisch verleden werd geïnventariseerd. De doktersassistente die dit allemaal deed bracht ons vervolgens naar een spreekkamer met de boodschap even te wachten op de dokter. Dat duurde meer dan een uur. Freerk en ik doodden ondertussen de tijd met het kijken naar de tv. De dokter keek in mijn oren en luisterde vervolgens met de stethoscoop, Mijn longen waren schoon zei hij, maar wellicht was het voor alle zekerheid goed toch een longfoto te maken. Dat kost u dan $80. Wilt u dat? Ik zei ja laten we dat dan maar doen. Goed zei de dokter, binnen tien minuten wordt een foto genomen. Het duurde geen tien minuten toen kwam de assistente weer binnen met een formulier om te tekenen voor de $80. Toen ze dat had weggebracht met mijn handtekening kwam ze terug en bracht me naar een andere kamer waar een röntgenapparaat stond, ze nam de nodige foto's en keek of ze gelukt waren. Daarna konden we terug naar de spreekkamer en wachten op de dokter. De dokter kwam opgewekt binnen en zei: u hebt pneumonia en daarvoor geef ik u een antibiotica kuur. 'Het is jammer ik heb maar vier samples en u moet het vijf dagen innemen. Maar hier hebt u een coupon waardoor de vijfde pil goedkoper is. Want het zijn prijzige pillen: zo'n setje kost wel $175. Belachelijk duur.'
Na nog wat heen en weer gepraat over additionele medicijnen en de aard van de pneumonia - een wandelende pneumonia - gingen we terug naar de receptie om de $80 te betalen voor de röntgenfoto. Langs de apotheek waar we nog eens $75 moesten betalen voor de medicijn die de dokter bleek te hebben voor geschreven. Toen we thuis kwamen waren we ruim twee uur bezig geweest.

zaterdag 19 februari 2011

Service

Hi, I'm Jamie, I'm serving at your table, zei het donkere meisje met fraai zwart haar dat op een bijzonder manier was op gestoken. Ze pakte het mapje met mijn bestelling en verdween. Ik was neer gestreken bij de Bistro in Nordstrom in de Garden's Mall. We waren in de Gardens Mall terecht gekomen om kaartjes te kopen voor de kunst manifestatie in het hier nabij gelegen Abacoa. Terwijl we nog op zoek waren naar het informatiecentrum zagen we deze bistro en Anneke dacht op afstand dat dit een geschikte gelegenheid was om elkaar weer te ontmoeten.
Toen ik de bistro binnenliep leek het een gelegenheid waar men meer werd verwacht om te eten dan om iets te drinken. Bovendien stond er een bordje bij de ingang dat bezoekers verzocht te wachten tot een waitress hen een plek zou aanwijzen. De mensen die min of meer tegelijkertijd met mij binnenkwamen wachtten daar niet op maar plaatsten hun order bij de juffrouw. Ze kregen daarvoor een zwart mapje mee, waarmee ze aan een tafel konden gaan zitten. Ik had verder niets meegenomen om te lezen en vroeg me af of Anneke me weer terug zou kunne vinden. Maar ik had in ieder geval Jamie die zich om me zou bekommeren. Deze soort vriendelijkheid kom je in Nederland niet veel tegen, en hoewel je weet dat het professionele vriendelijkheid is, doet het weldadig aan als het goed gebracht wordt.
Anneke vond de weg terug en zette zich bij mij aan tafel, zodat ik nu Jamie kon roepen en nog een extra consumptie bestellen, die zij met zichtbaar plezier bracht. Moet dit nu een extra fooi betekenen?

vrijdag 18 februari 2011

Boeken

Het zal niemand verwonderen dat we waar dat mogelijk is een boekwinkel binnen lopen en kijken of er iets van onze gading is. In deze omgeving zijn drie - naar Nederlandse maatstaven - grote boekwinkels: Books a Million, Barnes and Noble, en Borders. Barnes and Noble en Borders vormen iedereen keten die vestigingen heeft in grote delen van de VS. We troffen een grote vestiging van Borders in New York, en van Barnes and Noble in Boston. Maar deze week bleek dat Borders bezig is failliet te gaan. Een gevoelig verlies. Er zijn natuurlijk speculaties over de oorzaak van de ondergang. Een van de factoren is dan de toename van het digitale lezen. Zoals bleek verkoopt Amazon.com dit jaar voor het eerst meer digitale boeken dan papieren boeken. Het is een verschijnsel waarmee ook in Nederland veel boekhandels worstelen.
De economische malaise kan een rol spelen, maar gisteren bleek bij onze wandeling door West Palm Beach dat verschillende winkels inmiddels weer personeel aannemen. Een goed teken.

donderdag 17 februari 2011

Vliegen


Freerk heeft met zijn vliegbrevet een aardige hobby. Dat merk je als je op zijn werkkamer hier in huis komt. Er ligt een complete vluchtsimulator klaar, met paddles voor onder het bureau en het stuurwiel dat aan het bureau wordt vastgeklemd. In de bijhorende programmatuur zijn alle vliegvelden in de omgeving verwerkt. Er is ook een kaart van Zuid-Florida waarop diezelfde vliegvelden zijn aangegeven; ze zijn voor de niet-ingewijden net zo moeilijk te lezen als zeekaarten. Ik heb al achter die simulator gezeten, maar moest constateren dat het stuurwiel niet zo gevoelig reageerde op pogingen om te stijgen of te dalen als ik hoopte. Dus op mijn eerste landing ging ik steeds heftiger op en neer totdat ik neerstortte in het zicht van het vliegveld.
De bedoeling was dat Anneke en ik ieder een keer met Freerk mee zouden vliegen, maar het kostte Freerk meer moeite dan hij had gedacht om een vliegtuig te reserveren. Uiteindelijk kreeg hij twee uur vandaag en vier uur zondag. Wij moesten maar uitmaken wie eerst ging. Rekening houdend met mijn verkoudheid die wellicht bij het stijgen of dalen extra druk op mijn oren zou zetten zou Anneke eerst.
Dus vanmorgen was Anneke om half 8 met Freerk op pad. Freerk keek een beetje bezorgd naar de lucht; hij zei: in die wolken wil je niet zitten als je vliegt. (Het waren van die wolken waarin ik trouwens ook niet zou willen zitten op de fiets.) Maar vanaf 8 uur keek ik dus naar de lucht en de over drijvende wolken. Als ze zouden vliegen moesten ze hier ergens over komen en hier was het mooi genoeg. Maar tegen negen uur kwamen ze weer terug: In de omgeving van het vliegveld was het eigenlijk één grote regenbui uit een lage donker grijze wolk.
Het was geen weer om flink te doen.

Uncle Bill

Het bericht dat uncle Bill was overleden kwam niet geheel onverwacht. In feite tijdens onze ontmoeting bij Dolly vormde uncle Bill een belangrijk onderwerp voor de conversatie. Uncle Bill was een oom van Betty, getrouwd met zuster Rita van haar moeder. Bill was dan ook niet jong meer, al is me niet duidelijk geworden of hij nu 90 of 91 was geworden en hij was de laatste twee jaar niet veel meer waard. Betty's moeder had nog een broer Frank een van die mensen die niet kapot lijken te kunnen. Frank was ook getrouwd met een Rita, dat om het verhaal overzichtelijker te maken. Frank was met Bill en de beide Rita's per auto van Philadelphia naar West Palm Beach gereden Frank toen 92 of 93 had het hele stuk alleen gereden. Als hij het nu niet deed, kwam het er niet meer van vreesde hij.
Het bericht dat Bill was overleden kwam gisteravond. Het leidde meteen tot een hoop gebel en geregel want Betty en Dolly zouden naar de begrafenis gaan. Die zou op zaterdag zijn, met de mogelijkheid van afscheid nemen op vrijdagavond. Betty en Dolly zouden op donderdag naar Philadelphia vliegen en maandag weer terug komen.
Maar toen Anneke en ik vanmiddag weer thuiskwamen van wat boodschappen bleek dat de begrafenis pas maandag zou zijn. Betty slaagde er in alle boekingen weer ongedaan te maken en nieuwe te maken, maar nu voor een vertrek hier op zaterdag en een terugkomst op dinsdag. En dat zonder extra kosten.

dinsdag 15 februari 2011

Gaat het goed in Amerika?

Een van de dingen waarvan ik nogal wat verwachtte was de mogelijkheid de nieuwste technologie te bekijken. Daarom gingen Freerk en ik gisteravond naar Tigerdirect, een van de weinige elektronica-zaken in deze omgeving gingen. Doel was te kijken naar een tablet computer maar niet de i-pad. We kwamen aan in een zaak waar veel personeel rondliep, maar vrijwel geen klanten. Dat kon natuurlijk liggen aan het uur, maar toch... De apparatuur die we wilden zien was niet uit voorraad leverbaar. Het gaf niet alleen een teleurstellend maar ook een wat unheimisch gevoel. Bij de 2e zaak waar we binnen liepen BestBuy was de situatie niet veel beter.
Nu is er in de computerwereld misschien ook wel niet zoveel nieuws dezer dagen. Is de i-pad inderdaad iets echt nieuws? Betty en Freerk kregen er een met kerstmis. En Betty kan hem nu gebruiken om Freecell te spelen, en Freerk heeft er niet veel aan want hij kan er niet mee programmeren. Freerk heeft meer plezier van zijn nieuwe Samsung Galaxy S (telefoon). waarvoor hij ook een app kon downloaden dat hem op de hoogte houdt van Ajax.

Vandaag voelde ik me voor het eerst weer goed genoeg om de hele dag bezig te zijn. Toen Anneke en ik Betty hadden afgezet bij haar Bridgeclub gingen we goedkoop eten bij Moe's Grill, om daarna naar Barnes en Noble te gaan dat daar vlak bij was. Ook hier viel de serene rust op. Ik keek hoe een mevrouw naast me een boek van de stand bij de ingang opnam; er zat een sticker op -20%. Ze bukte zich en haalde uit haar mandje hetzelfde boek te voorschijn met een sticker -30%. Ze liet het me zien: Je moet ook overal opletten, zei ze.
Ondertussen was het vandaag ook zonnig weer met een temperatuur boven de 72 graden, dus lekker. We namen een ijsje in de zon bij een permanente kinderdraaimolen. Als je daar naar zit te kijken krijg je weer bewondering voor al die jonge moeders die eindeloos ronddraaien met hun kinderen. Een rustgevend beeld.

maandag 14 februari 2011

Eenheden

Men werkt hier in de VS met een temperatuur volgens de indeling van Fahrenheit. Dat is voor Europeanen altijd even wennen. De verdeling van 0 tot 100 graden is langzamerhand zo vanzelfsprekend geworden dat we er niet meer bij stil staan. Men spreekt in de VS dan ook veel degrees Centigrade (in plaats van Celsius). Voor mij zijn er in de omrekening van Fahrenheit naar Celsius een paar vaste punten mede dankzij mij ervaring als amateur fotograaf. De materialen voor die hobby heb ik grotendeels gekocht in Singapore, daarbij ook een thermometer in graden Fahrenheit. Dus 68 graden Fahrenheit op die thermometer was de 20 graden Celsius uit het fotoboek van Dick Boer, simpel als wat. (Ik had trouwens gelegenheid genoeg in die tijd om alle mogelijke temperaturen om te rekenen). Met Freerk had ik het er al eerder over gehad en toen was me gebleken dat voor hem 77 graden Fahrenheit (25 Celsius) zo'n vast punt was.
Voor Anneke is het in deze tijd van het jaar iedere keer een vraag: Hoe warm is het eigenlijk? Dat kwam bijv. naar voren toen we in Philadelphia landden bij een temperatuur die werd aangekondigd als 37. Toen ze zich gerealiseerd had dat geen graden Celsius konden zijn, was de volgende vraag is het erg koud? Ik was al lang blij dat het niet vroor.
Maar ook later toen we bij Betty en Freerk zaten liet de discussie over warm en ons nog niet los. Temperaturen in de verwachting van 63 en 64 is dat nou lekker weer? Weet je wat zei Freerk. Doe nou maar geen poging alles om te rekenen: als het boven de 72 is is het lekker weer.

Op zondag gingen Betty en Freerk een nieuwe mobiele telefoon kopen. Hun keus viel niet op de I-phone, maar op de Samsung. Daar moest wel een oplaadapparaat bij; kijk zei Freerk, deze stekker had ik nog niet. De verkoper merkte op dat deze stekker door steeds meer fabrikanten werd gebruikt. Ik herkende deze aansluiting, van een van de laatste televisieuitzendingen in Nederland, waar de Europese Commissie had aangekondigd dat dit de aansluiting was die voortaan als standaard zou moeten worden gehanteerd.
De standaards rukken op, misschien maken we het nog mee dat dat de Amerikanen op een fatsoenlijke manier met graden Centigrade gaan werken en misschien kunnen ze dan meteen de inches, miles and acres overboord gooien. Dat zou pas een revolutie zijn.

zondag 13 februari 2011

Goede reis

Het heeft een paar dagen geduurd voor ik in staat was draad weer op te nemen. Voor het grootste deel als gevolg van mijn verkoudheid. Toen we vrijdagmorgen naar de vertrekhal liepen had ik zelfs een ogenblik het gevoel dat Anneke beter alleen kon gaan. Ik was me ervan bewust dat ik enigszins liep te slingeren. Maar het was iets dat mij niet alleen opviel. Toen we in Philadelphia uitstapten keek een van onze medepassagiers nog eens om en vroeg: Are you all right sir.
De reis ondertussen was uitermate goed verlopen. We kwamen zelfs 40 minuten eerder in Phillie aan dan gepland. Immigratie in Philadelphia was in grote getale aanwezig en in plaats van de lange rijen bij vorige gelegenheden we het loket uitzoeken. Ook de verbinding naar West Palm Beach was uitstekend en verliep tamelijk ontspannend, als je maar niet opwindt over de body search en wat daarbij hoort, zodat we vlot bij Betty en Freerk waren. In Freerks nieuwe auto een haast geruisloze Toyota Highlander. Maar al met al was ik blij dat ik in bed kon kruipen.
Het was nog tot me doorgedrongen dat we zaterdag zouden gaan eten bij Dolly, waar Larry ook zou komen. Ik hield ten aanzien van deze afspraak enig voorbehoud, maar de zaterdag werd eerst voor een deel besteed aan winkelen. Tot mijn grote verbazing bleek dat ik in mijn koffer geen onderbroeken had zitten. Daar moest ook in voorzien worden.

woensdag 9 februari 2011

Theorie en praktijk

Hoewel die dingen in de meeste gevallen weinig betekenis hebben ontwikkel ik mijn eigen theorieën over wat wel of niet een gunstig effect heeft. In beginsel blijft de mens maar een primitief wezen. Zo knipoog ik tegen de zon (als die schijnt natuurlijk want als ik hem niet kan zien ziet hij mij ook niet) in de hoop dat ik mooi weer zal hebben. In de praktijk geloof ik niet dat ik meer mooi weer heb dan een ander. Zo denk ik ook dat als ik een sjaal draag onder mijn overjas dat ik dan verkouden zal worden. Ik heb mijn sjaal dan ook al een hele tijd niet gedragen. De praktijk is dat ik op dit moment flink verkouden ben. Aangestoken door iemand anders? Ach ik denk dat je niet aangestoken wordt door iemand anders als je daar door andere omstandigheden niet vatbaar voor bent. Dus zou ik op zoek moeten naar die andere omstandigheden.
Zo'n verkoudheid ga ik te lijf met een frontale tegenaanval van vitamine C. Er speelt zich in mij dus een hevige strijd af tussen de bacillen van de verkoudheid en de moleculen van de vitamine C. Zou het helpen? Of kan ik net zo goed wachten tot de verkoudheid uit zichzelf weer overgaat?
Inmiddels kijk ik dezer dagen met extra aandacht naar het weer niet alleen dat in Nederland, maar ook dat in Philadelphia en in Palm Beach Gardens, want vrijdag gaan we naar Palm Beach Gardens met een tussenlanding in Philly. De vooruitzichten zijn niet zo slecht. In Nederland rustig weer met temperaturen boven 0, In Philadelphia zal de temperatuur als wij er aankomen net boven 0 zijn en in Palm Beach Gardens wijst de verwachting op temperaturen tussen de 20 en 25 graden. Niet slecht dus. Helpt het als ik dat weer intensiever volg?

zondag 6 februari 2011

De grote en de kleine koffer

Als je min of meer regelmatig in het vliegtuig stapt wordt de kwaliteit van je koffers een ding om aandacht aan te schenken. We begonnen met een degelijke Samsonite koffer, met een cijferslot, dat alleen al moeilijkheden bleek te veroorzaken, maar die koffers waren van een constructie en een materiaal dat ze leeg al meer dan 20% van de toegestane bagage in beslag namen. We kochten dus allebei een nieuwe koffer, zij het niet tegelijk. Dus toen Anneke met haar nieuwe koffer thuiskwam zei ik: ik wil er ook zo een maar dan groter. En dus heb ik nu een grote koffer, zoals op de foto te zien is.

De ratio achter deze keuze was niet erg groot. Uiteindelijk reis ik over het algemeen tamelijk licht. Een of twee verschoningen, een paar extra schoenen... Mijn koffer is meestal zo weinig gevuld dat ik cadeautjes mee kan nemen en het ruimtetekort van Anneke op kan vangen.
Toch is het onder omstandigheden wel gemakkelijk: Als we niet reizen en de koffers dus leeg zijn, past die van Anneke precies in die van mij. In onze berging is dus maar ruimte nodig voor één koffer.
Maar nu zijn we in het stadium dat we moeten kijken wat we precies mee moeten nemen; de koffers zijn weer tevoorschijn gehaald en staan klaar om ingepakt te worden.

zaterdag 5 februari 2011

Storm

Toen ik gisteren mijn auto parkeerde op de plaats zo dicht mogelijk tegen de heg, stond ik naast een auto waaruit zojuist een jonge moeder was gestapt die haar kind van wellicht drie in de luwte van onze flat had gebracht. Ik maakte de riem los en opende de deur, die door de sterke wind uit mijn handen glipte en niet meer tegen te houden was voor hij tegen die andere auto klapte. Het was een flinke klap en terwijl ik verder uitstapte, de deur weer dicht deed en eens keek naar schade die ik had aangericht, zag ik dat er nog een kind in de auto zat. De moeder kwam juist weer naar me toe en ik kon niet veel anders doen dan mijn verantwoordelijkheid toe te geven. Nu keken we samen naar de schade. Kijk er zitten twee deuken, zei ze en wees naar twee hele kleine deukjes, Ik zei ja, maar zullen we eerst die kinderen naar binnen brengen. Ze haalde het andere kind naar buiten en samen liepen we om de flat heen, terwijl het ene kind me vol vertrouwen een hand gaf. Kijk zei ik in de hal: daar staan mijn naam en adres. Ok zei zij en schreef de gegevens op. Ik zal wel laten nagaan hoe groot de schade is, en dan zien we wel verder. Ik gaf nog aan dat ik wel een handicap had in de zin dat ik volgende week voor drie weken weg zou zijn.
Vanmorgen was de storm nog niet gaan liggen en toen ik terug kwam van de zaterdagse boodschappen, zorgde ik dat ik voldoende ruimte links van de auto hield bij het parkeren. Ik haalde de boodschappentas uit de auto en draaide me om tegen de wind in. Ik moest me schrap zetten om vooruit te komen. En ineens zag ik het weer voor me het schoolplein aan de Valentijnkade in Amsterdam. Het was 1943 en onze school aan de Herschelstraat was gevorderd door de Duitse bezetting. Ik moet dus zeven geweest zijn in die tijd. Maar die dag stond er ook zo'n zware storm evenwijdig aan de gevel van de school. Met een paar klasgenoten gingen we naar het uiterste punt van de straat. We moesten om tegen de wind in te komen ons aan de gevel vast houden. Als we bij de hoek waren gekomen lieten we ons door de wind weer terug blazen. Gek eigenlijk: ik heb geen beeld hoe we die dag eigenlijk op school gekomen zijn. We moesten tenslotte een heel eind tegen diezelfde wind in langs de Ringvaart...