donderdag 27 september 2012

Vrouwenprobleem

Anneke gebruikt make-up, maar niet erg veel. Daardoor kan ze lange tijd toe met sommige dingen. Bijvoorbeeld met de poederdoos. Ik zeg poederdoos, maar dat is volgens Anneke niet juist. Het is een rond doosje dat als je het opent klapt in de ene helft een spiegeltje heeft en in de andere helft een bakje met samengeperste poeder en een kwastje. Als dat kwastje nu geen kwastje maar een kussentje was geweest... Maar goed, nu Anneke haar linkerbeen niet kan gebruiken, besloot ik op pad te gaan en iets nieuws te gaan halen. Na enig overwegen kwam ik bij het Kruidvat. Er stond een meisje make-up artikelen te sorteren dus ik vroeg haar of ze zoiets had met poeder van dezelfde kleur - ik liet haar mijn poederdoos zien. Ze verwees me naar de make-up afdeling, waar iemand me wel verder zou helpen. Op de make-up afdeling was niemand dus ik keek eerst maar eens of er iets was dat leek op mijn doos, maar aarzelde de verschillende verpakkingen open te maken. Toen ik alle personeel had ingeschakeld, kwam het meisje dat me in eerste instantie had doorverwezen me helpen. Maar ze had geen doosje, of ze had geen doosje in de goede kleur. In ieder geval ze verwees me naar de Hema, want die had ook een make-up afdeling. Bij de Hema was ik gauw klaar. Bij het Kruidvat had ik inmiddels zoveel ervaring opgedaan dat het duidelijk was dat de Hema me niet kon helpen. Ondertussen was ik ICI-Paris gepasseerd, daar moesten ze toch wel zoiets hebben. Het meisje dat me daar na enig wachten hielp, constateerde in de eerste plaats dat ze het merk van mijn poederdoos niet (meer) voerden. Maar ze ging vervolgens vol vertrouwen op zoek naar een make-up van de goede kleur. Voor mij altijd een hachelijke zaak,want ik ben in zekere mate kleurenblind, dus ik moet vertrouwen op het onderscheidingsvermogen van mijn verkoopster. Die kwam na enig zoeken bij een stelling waarin een poeder lag van minstens ongeveer de goede kleur. En toen gebeurde er iets wonderlijks. Je verwacht eigenlijk dat de verkoopster een lege poederdoos pakt en daarin de gevonden kleur poeder deponeert. Doos uit de ene kast en poeder uit de andere kast en klaar is Kees. Een beetje handige verkoopster slaagt er in het zo te verkopen dat de consument de poeder in de doos doet. Maar zo werkt het niet. Blijkbaar worden poederdoos en kleur als een geheel met elkaar verkocht. En toevallig had men die combinatie niet in huis. Een inefficiënte en dure werkwijze. Het maakt in ieder geval duidelijk waarom vrouwen moeite hebben de juiste make-up te vinden. Ik ging onverrichter zake weer naar huis.

vrijdag 21 september 2012

In 't holst van de nacht

Mijn bovenbuurman kwam het parkeerterrein afrijden terwijl ik naar onze auto liep. Hij draaide zijn raampje open en vroeg of ik er iets van wist. Hij had van de mevrouw op 1 gehoord dat de mevrouw op tien met een hoogwerker uit haar appartement was gehaald en met een ambulance afgevoerd. Ik zei dat ik van niets wist, maar dat het me wat onaannemelijk leek, want de mevrouw op 10 (mevr. Br.) woont al enkele maanden in huize de Werve. Oh, nou dan weet ik het ook niet, zei de buurman, hij draaide zijn raampje weer dicht en reed weg. Een half uur later bij de kleine supermarkt om de hoek werd ik aangesproken door meneer vI uit de andere straat van ons dorp: - Weet jij wat er aan de hand was vannacht; de politie had de straat afgezet, de brandweer was er met een hoogwerker en er stond een ambulance. - Ik heb er niets van gemerkt, moest ik bekennen. Toen ik even later weer terugliep was meneer vI inmiddels in gesprek met de heer M. en mevr. J. - Aha, zei M. hier komt de man die alles weet. - Nou, zei vI. hij weet er ook niets van, hetgeen ik moest beamen. Inmiddels was het me wel duidelijk dat er vannacht iets moest zijn gebeurd. Mevr. J. voegde er aan toe dat zij wakker was geweest en aan de brandweer had gevraagd of er brand was, maar dat was niet het geval geweest en dat had haar enigszins gerustgesteld. Waarschijnlijk was er iets met mevr. vG dacht mevr J. Ik zag aan de overkant van de straat de gezusters L., dames die doorgaans goed op de hoogte zijn van wat er gebeurt in ons dorp. Maar in dit geval hadden de dames ook niets gemerkt. Op dat moment kwam de auto van B. aanrijden. Mevr. B. constateerde dat het toch een hele toestand was geweest vannacht. Mevr. vG was op een brancard met een hoogwerker weg gebracht. Zij hadden het hele geval kunnen volgen. De brancard had maar net in het bakje van de hoogwerker gepast... Ik liep weer naar huis. In de loop van de middag belde mevr. L. Mevr vG. bleek te zijn gevallen in de badkamer, ze was vannacht om drie uur al weer thuis gekomen, vermoedelijk met een hersenschudding...

dinsdag 18 september 2012

Buren

Het is langzamerhand geen geheim: de gemeenschap die ons dorp is, veroudert. In dat opzicht verschilt ons dorp niet van de situatie in het hele land. Van belang is daarom dat er in ons dorp ook inderdaad een gemeenschapsgevoel bestaat. Dat komt natuurlijk naar voren in een periode als deze. Anneke ligt het grootste deel van de dag op bed, zodat ze voor haar verzorging aangewezen is op hulp. Ze kan zelfs het bed niet uit om de deur open te doen voor bezoekers. Aangezien de hulp voornamelijk van mij moet komen zou ik ook aan huis gebonden zijn, ware het niet dat diverse buren hun hulp hebben toegezegd. We maken daar ruimhartig gebruik van. Zo zijn er twee buurvrouwen die niet alleen op de bel willen passen maar eventueel ook voor een maaltijd willen zorgen en er is een buurvrouw die aangeboden heeft de was te strijken. Dat geeft me de mogelijkheid om boodschappen te doen en om mee te doen aan andere zaken die tot mijn verplichtingen horen. Zo kon ik gisteren op maandagmorgen een extra reisje naar Den Haag maken voor een belangrijk gesprek van Cobie met haar arts. Omdat er op dat traject nog wel eens treinen uitvallen, nam ik het zekere voor het onzekere en ging met de auto. Toen ik om kwart over acht vertrok dacht ik ruimschoots op tijd te zijn. En ik vertrouwde op mevr. M. die omstreeks half tien de ziekenzorg op zich zou nemen. Ik was goed en wel op weg op de A16, toen via de radio een file van 8 kilometer werd aangekondigd voor de Brienenoordbrug als gevolg van een ongeluk, maar alle rijstroken waren inmiddels weer vrij werd er aan toegevoegd. Desondanks kwam ik voorbij Dordrecht toch min of meer vast te zitten. Het doet een beetje denken aan onze economie. jarenlang leven we met een begrotingstekort en dan komt de VVD die hard op de rem trapt, zodat de economie jaren nodig heeft om weer op gang te komen. Mijn vertraging duurde in dit geval totdat ik op de A13 in de buurt van Delft was. En uiteindelijk kwam ik net op tijd - vijf minuten voor tienen - aan bij het huis van Cobie.

woensdag 12 september 2012

Broeken buiten

Terwijl de regen steeds harder begon te vallen wees de gids op de barokke poort van het begijnhof in Diest. Vroeger, zei hij, ging de grote poort dicht en dan moesten de begijnen eventueel 's avonds door het kleine poortje dat werd bewaakt door de poortwachteres. Hij wees naar het getraliede venster waarachter de poortwachteres zich zou hebben bevonden. Overdag liepen er nog wel wat mannelijke werklieden rond op het begijnhof, maar als de zon onderging liep de poortwachteres met een bel door de straatjes en riep met luider stem: Broeken buiten. Dan moesten alle mannen naar buiten. Zelfs de pastoor moest eruit, maar die hoefde niet zover te lopen: zijn woning stond achter ons. We liepen mee door de poort naar binnen en naar de kerk op het begijnhof in de nu stromende regen en over de hobbelige kinderkopjes. 17e eeuwse bestrating. Ad die in afwachting van een heup operatie een rolstoel mee had genomen kon hier niemand vinden die hem kon voortduwen. Hij moest dit stukje lopen of in de regen blijven staan. Hij deed het eerste en de rolstoel werd hem nagedragen. In de kerk hangen, zei onze gids schilderwerken van 17e eeuwse meesters, maar ze waren in erbarmelijke staat net als de kerk zelf. Mooi was wel de barokke preekstoel en de andere gebeeldhouwde figuren. Wellicht dat er dit najaar geld beschikbaar kwam voor de restauratie. We moesten toch weer naar buiten om een blik te werpen op het huis waar pestlijders werden ondergebracht, op het oude ziekenhuis, de bakkerij en de brouwerij. De begijnen bleken recht te hebben op drie liter bier per dag, weliswaar licht bier, maar toch; het was vermoedelijk gezonder dan water. Door de regen werd onze wandeling door dit stratenbegijnhof drastisch ingekort. Er waren zei onze gids ook huisbeeldjes, maar de originelen daarvan werden nu bewaard in het museum. 's Middags in het museum, terwijl de regen langzamerhand ophield, kregen we meer informatie over die huisbeeldjes. Die dienden in feite om de huizen te identificeren; in die tijd bezaten de huizen nog geen huisnummers. Opmerkelijk was het beeld van Dionysius, die met zijn hoofd in zijn handen stond. Het verhaal was dat Dionysius met twee metgezellen werd onthoofd op Montmartre, maar het niet eens was met de plaats waar hij zou worden begraven, hij pakte zijn hoofd op en liep naar Saint Denis, dat was zijn begraafplaats. De gids had regelmatig scholieren op bezoek en dan vroeg hij ze waarom Dionysius daar stond met zijn hoofd in zijn handen. Een opmerkelijk antwoord van een de scholieren was: hij paste anders niet in de nis die voor het beeld was uitgespaard...

vrijdag 7 september 2012

Botten en benen

Sommige mensen hebben betere botten dan andere. Dat die van Anneke niet van vooroorlogse kwaliteit zijn hebben we al geconstateerd, maar ze is dan ook een oorlogskindje. Voor mensen met botten van die kwaliteit is het beste maar dat ze niet vallen. Dat bleek al bij mijn broer Freerk die zijn eerste arm brak in 1945 en dat was mijn schuld. Want we waren aan het stoeien zoals we bijna dagelijks deden en ik zou hem een trucje leren om zijn tegenstander op de grond te werken. Het trucje werkte, want Freerk kwam op de grond terecht en brak zijn arm. Ook in zijn latere leven heeft hij regelmatig blijk gegeven over botten te beschikken van marginale kwaliteit. De eerste keer dat we er bij Anneke mee te maken kregen was in 1975, toen ze na een vakantie in Les Landes last bleek te hebben van wat ze later noemde startpijnen. Het laconieke commentaar van chirurg dr. Smithuis was: Oh, dat is artrose, daar is niets aan te doen. Onze huisarts, geconfronteerd met dat vonnis, vond dat Anneke toch wel kon proberen wat kalk in te nemen. Baatte het niet, het zou ook niet schaden. Die kuur hield na verloop van tijd zonder resultaat op. Kalk wordt op die manier niet of nauwelijks opgenomen. En dus volgde in begin 1984 de eerste operatie: Mac Murray werd hij genoemd. Toevallig vrijwel gelijktijdig met de behandeling van een gebroken heup van broer Freerk. Artrose openbaart zich met name in de gewrichten en heeft te maken met de kalkhuishouding van het kraakbeen. Er is vooralsnog geen kruid tegen gewassen, maar doet zich vooral voor bij mensen ouder dan de 35 jaar die Anneke toen had. Bij de breuk van afgelopen week ging het echter om osteoporose, en dat, zei onze dokter, is heel iets anders. Osteoporose ontstaat door ontkalking van het bot waardoor de structuur van het been verandert - en vooral slechter wordt. Als ik het goed begrijp veroorzaakt artrose vooral pijn in de gewrichten en breek je gemakkelijker je been als gevolg van osteoporose. Onze huisarts stelt nu voor een behandeling met vitamine D en kalk. Tja...

woensdag 5 september 2012

Een kwestie van sleutels

Toen ik maandag terugkwam uit Frankrijk had ik een flinke was bij me. En nog voordat ik de auto geparkeerd had besloot ik met de was naar boven te gaan en alvast een lading in de wasmachine te gooien. En zo gebeurde. Ik zette de wasmachine op bonte was, veranderde de wastemperatuur in 40 graden en startte de machine. Vervolgens ging ik terug naar beneden haalde de rest van de bagage uit de auto, ging naar boven en zette een kop koffie alvorens de post te bekijken. Toen ik na verloop van tijd de wasmachine bekeek stond hij op 1 resterende minuut. Maar omdat die minuut me te lang duurde schakelde ik de knop naar uit en trok vergeefs aan de deur. Die was geblokkeerd. Na enig geprobeer de machine nog maar eens laten draaien met een snel en gemengd programma. Dat werkte naar verwachting. En al was de wastijd daardoor tamelijk lang, hij was vermoedelijk wel schoon. De was ging in de droger en een nieuwe lading in de wasmachine. Daarbij ook mijn broek, die ik weer lang genoeg had gedragen. Opnieuw koos ik de bonte was en een temperatuur van 40 graden. En opnieuw bleef de machine hangen op 1 minuut. Het was een herhaling van zetten. Was de wasmachine kapot? Of deed ik iets niet goed?

Omdat de koelkast al kapot was kon ik maar weinig eetbaars tegelijk halen. Ik ging naar de winkel om de hoek en constateerde en passant dat ik de autosleutel miste in mijn achterzak. Had ik die zeer ongewoon op het bureau laten liggen? Toen ik weer boven kwam bleek dat de sleutel nog in de achterzak van de juist gewassen broek. Hij was nu ook en zeer langdurig gewassen. Wel de sleutel kwam heelhuids uit mijn broek, maar de afstand bediening werkte niet meer. Een gesprekje met de garage leerde dat men verwachtte dat de sleutel wel weer zou werken als hij droog was. Het beste was een dag wachten.

IK wachtte een dag. Vanmorgen naar beneden, om de krant op te halen en de sleutel te proberen. Met de afstandbediening op de auto gewezen en ja hoor het licht ging aan en uit. Terug in de lift vond ik een sleuteletui met een set sleutels. Even moest ik denken aan de sleutels van mevr. M. Maar ik wilde ze niet hier in de lift laten liggen en nam ze mee naar binnen. Ik legde mijn eigen sleutels op de plaats waar ik ze normaal bewaar en liep met de gevonden sleutels weer naar buiten. Toen ik de deur achter me dicht had getrokken realiseerde ik me dat ik mijn eigen deur niet meer in kon… Al traplopend had ik al gauw gevonden dat de gevonden sleutels van mevr. R op 8 waren; maar zij bleek niet thuis. Dus ik naar de heer dJ. die een sleutel heeft van ons huis en ik leende onze eigen sleutel, waarmee ik weer binnen kon komen. Nu maar een briefje in de lift gehangen dat ik een set sleutels had gevonden en afwachten wat er zou gebeuren. Mevr. R. kwam terug van de kerk en haalde haar sleutels op.

NU met de auto naar de mediplus om te zien of ze een rolstoel hadden voor Anneke. Maar mijn autosleutel werkte niet. Dat is vervelend, want ik kan de auto wel in zonder afstand bediening, maar dan gaat het alarm af en bovendien start de auto niet. Ik besloot op de fiets te stappen en naar de garage te gaan om te zien of ze de afstand bediening weer aan de gang konden krijgen. Na verloop van een half uur verteld de man van de garage dat hij er niet in slaagde. Maar er was een manier om de auto ook met sleutel te openen, te starten en te sluiten…

zondag 2 september 2012

Uitstel

 

DSC00797

Tussen het moment dat Anneke het ziekenhuis werd binnengebracht en het moment dat Steve en ik daar aankwamen had Anneke in ieder geval bezoek gehad van de chirurg die haar zou opereren. De man maakte een heel onzekere haast mensenschuwe indruk. Hij keek eigenlijk niemand aan en na de diagnose zei dat hij zou proberen Anneke die vrijdag nog te opereren en anders zaterdagmorgen. Nu bleek zaterdagmorgen een rekbaar begrip. De operatie zou plaats vinden tussen 8:00 en 14:00. Niemand kon zeggen wanneer precies, het was uiteindelijk de afdeling spoedgevallen en ieder volgend geval kon meer spoed hebben dan het vorige. Aan de andere kant voor het bezoek doet men ook niet moeilijk. Er is een doorlopende mogelijkheid van bezoek tussen 11:00 en 20:00. Zaterdag, terwijl de familie zich langzamerhand bij Benna verzamelde, was het even afwachten wat er nu precies zou gebeuren. Nu was het plezierig dat Céline in dit ziekenhuis werkt. Zij kende de mensen en belde een poosje heen en weer. Uiteindelijk bleek dat Anneke tegen elf uur zou worden geopereerd. En Anneke belde zelf met de mededeling dat ze verwachtte om een uur of twee wel weer uit de narcose bij te zullen komen. Toen Céline om een uur of twee nog eens poolshoogte nam, bleek de operatie achter de rug, maar Anneke zou nog wel tot half vier op de uitslaap kamer liggen.

Toen wij Céline en Richard, Ieneke en ik om goed vier uur aankwamen lag Anneke nog steeds op de uitslaapkamer. Eindelijk om half vijf kwam ze boven op haar kamer – Céline had uitgezocht welke dat was – en wonder boven wonder de arts kwam ook even kijken. Hij bleek zeer bereidwillig de resultaten van de operatie te laten zien en ook de toestand van het been van Anneke. Hij dacht dat Anneke wel tot dinsdag of woensdag zou moeten blijven. Dat betekent woensdag zeiden de verplegers die hem kennen. Maandag zou het gips worden vervangen door een lichter harnas van kunsthars, maar toen we vanmiddag kwamen kijken bleek dat ook weer een dag te zijn uitgesteld. 

zaterdag 1 september 2012

Geen goed been

Steve en ik reden op een tamelijk ingewikkelde manier van Breda, waar Steve me had opgehaald naar Esquelbecq. Toen we vertrokken was het ongeveer elf uur en Steve had er al de trip van Nijmegen naar Breda op zitten. Het was duidelijk dat we onderweg iets zouden proberen te nuttigen. Al bij St Job in ‘t Goor raakten we in de file. Een harmonicafile die zoals we via de radio vernamen zou duren tot Antwerpen Borgerhout. We besloten toen we uiteindelijk zover waren de Liefkenshoektunnel te nemen, asl we dan al niet veel zouden winnen in tijd hadden we in ieder geval het gevoel dat het opschoot. De ring om Antwerpen geeft na de tunnel de mogelijkheid te kiezen voor de richting Antwerpen of voor de richting Brugge. We kozen voor de richting Brugge hoewel ik wist dat er langs die weg geen enkel restaurant ligt (of staat). Maar toen we eenmaal de weg naar Aalter waren ingeslagen stond er bij een stoplicht een drietal bordjes met restaurant namen. We sloegen linksaf en reden kilometer na kilometer maar de restaurants waren ver weg en bleken dan gesloten. Uiteindelijk troffen we een uitspanning de Jagershof, waar men ons welwillend een croque-monsieur voorzette. Toen we weer op de weg zaten bleek dat we niet ver meer van Aalter af waren. Vandaar wees de weg zich min of meer vanzelf. Steve reed en ik dommelde langzaam weg. Tot (we waren al een eind voorbij het kruispunt Jabbeke) de telefoon ging; dat was Benna  die de telefoon al gauw doorgaf aan Anneke. De verbinding was slecht, maar ik verstond gebroken knie en ziekenhuis Rosendael. Wie heeft een gebroken knie? Ik zei Anneke. Benna is hier, die wordt straks wel thuis gebracht door Céline.

Een gebroken knie kwam wel erg slecht uit voor het familieweekend. Maar Steve realiseerde zich – een geluk bij een ongeluk – dat we door de weg die we hadden gekozen nu vlak langs dat ziekenhuis zouden komen. Dat ziekenhuis is overigens een centre hospitalier. Een enorm gebouw. We parkeerden de auto van Steve en liepen naar binnen, waar we werden doorverwezen naar de spoedopname afdeling, want daar was Anneke nog. Het duurde nog een kwartier tot één van ons werd toegelaten. En zo kwam ik bij het bed van Anneke in een heel klein kamertje. Ze lag er wel opgewekt bij maar haar wangen waren iets te rood, ze lag aan een infuus met paracetamol en wilde in de eerste plaats haar avontuur vertellen. Ze was gewoon de vorige avond om half elf naar de caravan gegaan met de nodige spullen, voor de caravan was ze blijkbaar uitgegleden over de houten vlonders die daar liggen. Gelukkig had ze haar mobieltje en de tegenwoordigheid van geest om Benna te bellen. Die had haar samen met Georges opgetild en in bed gelegd. De nacht was Benna bij haar gebleven, maar ‘s morgens bleek wel dat het niet vanzelf over zou gaan. Nu lag ze in bed en liet me haar linkerbeen zien dat zwaar was opgezwollen. Maar weer haar linkerbeen. Aan dat been was ze begonnen met de MacMurry-operatie, vervolgens tien jaar later een nieuwe heup, weer tien jaar later een breuk vlak boven de enkel en nu dus een breuk in wat werd genoemd het tibia plateau.

Het was afwachten wat de chirurg zou doen, die had beloofd een operatie uit te voeren misschien vrijdag nog en anders zaterdag…