dinsdag 5 juni 2012

Ons dorp (vervolg)

Toen ik de volgende morgen naar beneden ging om de krant op te halen keek ik meteen hoe de situatie na de ruitbreuk er uitzag. Van beneden was te zien dat er een gat zat in het glas, maar de afstand was toch te groot om een goed beeld te krijgen. Het parkeerterrein was volledig schoon.
Ik liep terug naar de voordeur en kwam onderweg een van de mensen tegen die aan de gevel hadden gewerkt, Hij was bezig de overgebleven stenen te af te voeren. We naderen het eind van het karwei. Nu weer naar binnen en naar boven naar de tiende verdieping en een halve verdieping naar beneden waar een ruit was ingeslagen. In de sponning zat nog een aantal scherven, een venijnige waarschuwing. Wat gaat er in je om als je van die plaats zo'n sprong maakt?
Terug beneden kwam ik M tegen, die me vertelde dat hij de hele nacht niet had geslapen,ieder ogenblik weer dat beeld van die vrouw uitgestrekt op de stenen... Het bleek dat hij de klap ook gehoord had, want hij was op zijn balkon en wilde juist weer naar binnen gaan toen het gebeurde... Hij was onmiddellijk naar beneden gegaan en had de situatie bekeken, maar het was hem al gauw duidelijk dat hulp hier niet meer zou helpen. De vrouw lag daar met open ogen en haar gezicht vertoonde volgens M. een serene rust.
Ik probeerde contact te krijgen met onze beheerder om zo snel mogelijk het raam gerepareerd te krijgen, maar dat kostte toch veel moeite.
In de loop van de ochtend kreeg ik een telefoontje van mw K. Haar zoon werkt bij de politie en inmiddels was bekend wie de vrouw was. Het was geen familie van iemand in ons dorp. Vraag was alleen hoe ze het gebouw binnen had kunnen komen. De afspraak is dat onbekenden niet worden toegelaten.
Ook op die vraag kwam in de loop van de dag een antwoord: vermoedelijk was ze binnengekomen met de apotheker die medicijnen had afgeleverd. En zo kwamen stap voor stap meer details naar voren.
's Middags kwam de glaszetter een het gat voorlopig afdichten. Een definitieve ruit zou in de loop van de volgende week worden geplaatst.
De volgende week is inmiddels al weer een eind op streek. Maandagmorgen vroeg kwam ik de leidster van de schoonmaakploeg tegen.
– Wat een toestand hè, zei ze.
– Ja, maar wij waren in Nijmegen en hebben er pas achteraf van gehoord.
– Het was een vriendin van mij, zei ze, het is toch wel gek om nu hier rond te lopen als je dat weet...
Het is opmerkelijk hoe dicht bij zo'n gebeurtenis plotseling kan komen. Een uur later stond de glaszetter voor de deur met het definitieve glas. En terwijl hij de restanten van het gebroken glas verwijderde vroeg hij hoe het gebeurd was. Hij was altijd benieuwd hoe mensen dachten die zoiets deden. Mijn moeder, zei hij, heeft ook zelfmoord gepleegd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten