Ik volg de cursus creatief schrijven en kreeg als opdracht een beeldverhaal bij een van de aangeboden afbeeldingen. Hier is de afbeelding die ik koos en het verhaal erbij.
Kapper Peter
Het is een van die kleine
winkeltjes langs de gracht. Ingeklemd tussen de herenhuizen zijn er
nog een paar overgebleven. De meeste zijn dichtgespijkerd en verkeren
in bouwvallige staat. Een paar huizen verderop was vroeger in zo'n
huisje een snoepwinkeltje, Daar kwam ik vaak als kind. Dat winkeltje
is ook al lang over de kop. Maar in dit huisje zit mijn kapper.
Kapper Peter. Hij zit hier al jaren en ik kom hier ook al jaren. Eens
in de zes weken houdt Peter mijn haar in de vorm. Hoe vaak zou ik
hier nu al niet geweest zijn? Acht keer, negen keer per jaar? Het is
geen bijzonder kapsel, want op mijn leeftijd hoeft ik geen modieuze
bewerkingen meer op mijn hoofd. Het is goed zoals het is. En op een
dag als deze is de kleine kapperszaak voor mij een rustgevende
omgeving. Het is mooi weer in de nog vroege zomer. Aan de overkant
van de gracht strijkt het zonlicht langs de gevel en kan ik nog net
het groen zien van de bomen die daar staan. De deur van de
kapperszaak staat open. Van de straat klinken de geluiden die bij
deze omgeving horen. Wat me iedere keer weer verbaast is dat de kade
aan de overkant zo hoog is boven het water. Maar dat zullen ze wel
uitgezocht hebben.
Gelukkig mag ik van Peter
onder deze omstandigheden rustig mijn sigaartje roken terwijl ik zit
te wachten tot ik aan de beurt ben. Eigenlijk weet ik niet zoveel van
Peter. Ach maar waarom ook. Ik kom hier voor een half uurtje, een
uurtje rust; niet voor gesprekken over zijn familie. Wel heb ik
gehoord dat zijn vrouw er vandoor is met een andere man. Maar dat is
tegenwoordig nauwelijks abnormaal. Huwelijken worden gesloten en ze
vallen weer uit elkaar. En eigenlijk is het een wonder dat als ik
straks thuis kom, mijn vrouw er nog is. Wat zou ik doen als bleek dat
ze weg was?
Hé, ik schrik ervan, was
ik even echt in slaap gevallen? Wat moet dat ongure type daar in de
deuropening? Die vent met die pet en die zonnebril. Eigenlijk heb ik
de pest aan dat soort figuren. Kijk hem daar nou staan met dat leren
jasje. Zou het een drugsdealer zijn? Dat zou zo maar kunnen in deze
buurt. Er lopen meer van die figuren rond in deze omgeving. Peter zal
toch niet aan de drugs zijn? Je weet het maar nooit. Maar als dat zo
is moet ik er nog eens over na denken of ik hier nog weer terug zal
komen. Volgens mij komt die vent uit die auto die daar tegen de
gracht geparkeerd staat. Het valt me mee het is maar een Volkswagen
en niet zo'n protserige BMW.
Peter lijkt die vent te
kennen. Dat lijkt helemaal verdacht.
Wat zegt die vent nu? Hij
komt de auto van Peter terugbrengen? Hij heeft hem laten repareren
bij de garage? Nou zie ik het pas. Hij heeft de autosleutel van Peter
in zijn hand. Zie je wel, er is niets aan de hand. Dat heb ik aldoor
al gedacht. Natuurlijk kon Peter niet zelf naar de garage. Ik heb me
er aldoor al over verwonderd dat zijn auto er niet stond. Oh, dat was
zijn zwager?
Nou, ik kan nog net mijn
sigaartje oproken, gelukkig is dat niet uitgegaan.
Een erg leuk en ceatief verhaal
BeantwoordenVerwijderen