woensdag 6 april 2011

Stemmen uit het verleden

In onze berging stond een oude koffer. En omdat we eigenlijk van mening zijn dat we de berging een keer moeten opruimen, zei Anneke: In die koffer zitten allemaal spullen van jouw familie. Ze haalde de koffer te voorschijn, kieperde de inhoud op de tafel (die we ook nog een keer willen vervangen) en we bekeken het resultaat. Een ding was duidelijk het waren inderdaad spullen die uit het huis van Moeder afkomstig waren en die bij mij gedropt waren. Er zaten oude fotoos in en oude brieven en het trouwboekje van Moeders ouders. Maar ik herkende het pakje bijeen gebonden brieven: het waren de brieven die we in de hongerwinter vanuit Friesland naar Amsterdamhadden gestuurd. We dat waren Adri, Cobie, Free, Ankie, Freerk en ik. Aan het handschrift was te zien dat we wat leeftijd betreft een heel eind uit elkaar lagen: van de 16-jarige Adri tot de 6-jarige Freerk. Ik herinner me die schrijfsessies nog, want daar werd zorgvuldig op toegezien door tante Jantje die als de schooljuffrouw die ze was stond toe te kijken hoe we bezig waren. Ik was geen beslist geen goede schrijver: ik schreef te ver uit elkaar en ik vergiste me te vaak. Dan mocht de foute tekst niet worden doorgestreept, maar tussen haakjes gezet. Nee dan de twee jaar jongere Freerk: die schreef heel wat beter. Achteraf verbaas ik me er over dat Freerk die dat jaar voor het eerst naar 'de grote school' ging, toen al zo goed kon schrijven. Toen voelde ik me meer te kijk gezet en vernederd. Waar gingen die brieven over? Wel voornamelijk natuurlijk over de dagelijkse gebeurtenissen in onze kleine wereld. Alleen uit de brieven van Adri Cobie en Free valt op te maken dat die dagelijkse gebeurtenissen zich afspeelden tegen de achtergrond van een wereld waarin de honger een alles overheersende rol speelde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten